ECLI:NL:RBSGR:1999:AA6760
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A. Stehouwer
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatigheid van vreemdelingenbewaring en schadevergoeding in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak gaat het om de vreemdeling A, geboren in 1983 en van Chinese nationaliteit, die in het Justitieel Complex Koning Willem II te Tilburg verblijft. De vreemdeling heeft op 17 november 1999 een verzoek om toelating als vluchteling ingediend, maar heeft dit verzoek op 1 december 1999 ingetrokken. Op dezelfde dag is hij in bewaring gesteld. De vreemdeling stelt dat zijn staandehouding en inbewaringstelling onrechtmatig zijn, omdat de politie geen aanwijzingen had over zijn verblijf op het adres waar hij werd aangehouden. De rechtbank oordeelt dat de staandehouding rechtmatig was, omdat er concrete aanwijzingen waren voor illegaal verblijf. Echter, de rechtbank oordeelt ook dat de inbewaringstelling onrechtmatig was, omdat de vreemdeling een aanvraag om toelating als vluchteling had ingediend en er nog geen beslissing op deze aanvraag was genomen. De rechtbank kent de vreemdeling een schadevergoeding toe van f 4.800,-- voor de onrechtmatige bewaring, en veroordeelt de Staat der Nederlanden in de proceskosten van de vreemdeling. De uitspraak is gedaan door mr. A. Stehouwer op 28 december 1999.