ECLI:NL:RBSGR:1999:AA5937
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.J. van Bennekom
- Rechtspraak.nl
Toelating van vreemdelingen op basis van driejarenbeleid en humanitaire redenen
In deze zaak gaat het om de aanvraag van eiser, een Kroatische nationaliteit houder, voor een vergunning tot verblijf in Nederland op basis van het driejarenbeleid en klemmende redenen van humanitaire aard. Eiser heeft in het verleden meerdere aanvragen ingediend, waarvan de meeste zijn afgewezen. De rechtbank behandelt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn aanvraag door de Staatssecretaris van Justitie. Eiser stelt dat hij is geïntegreerd in de Nederlandse samenleving en dat zijn muzikale prestaties een belangrijke bijdrage leveren aan de cultuur. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eerdere procedure meer dan drie jaar heeft geduurd en dat er geen inhoudelijke beslissing is genomen over de vraag of eiser de behandeling van zijn bezwaar in Nederland mag afwachten. De rechtbank oordeelt dat het bestreden besluit van de Staatssecretaris niet in stand kan blijven, omdat het in strijd is met de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en verplicht de Staatssecretaris om een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak. Tevens wordt de Staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van eiser.