ECLI:NL:RBROT:2025:9735

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
1 augustus 2025
Publicatiedatum
11 augustus 2025
Zaaknummer
11807034 VV EXPL 25-430
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot gedogen van onderzoek naar lekkage en tijdelijke ontruiming van de woning

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 1 augustus 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen STICHTING WOONSTAD ROTTERDAM en een gedaagde die niet is verschenen. De eiseres, vertegenwoordigd door mr. Y.F. Rijswijk, vorderde het gedogen van onderzoek naar een lekkage die vanuit de woning van de gedaagde zou komen, alsook het uitvoeren van herstelwerkzaamheden. Daarnaast werd een vordering tot tijdelijke en gedeeltelijke ontruiming van de woning ingediend, voor het geval de gedaagde zou weigeren mee te werken aan het onderzoek en de werkzaamheden.

De kantonrechter heeft verstek verleend tegen de gedaagde, die niet op de mondelinge behandeling was verschenen. De rechter oordeelde dat de vordering in kort geding toewijsbaar was, omdat er sprake was van spoed en de vordering niet onrechtmatig of ongegrond leek. De proceskosten werden aan de gedaagde opgelegd, omdat deze ongelijk kreeg. De kantonrechter begrootte de kosten op een totaal van € 958,45, inclusief dagvaardingskosten, griffierecht, salaris voor de gemachtigde en nakosten.

Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het onmiddellijk uitgevoerd mag worden, ook als de gedaagde verzet instelt tegen het vonnis. De rechter heeft de gedaagde veroordeeld om het onderzoek naar de lekkage en de herstelwerkzaamheden toe te laten, en in het geval van weigering, de woning tijdelijk en/of gedeeltelijk te ontruimen binnen drie dagen na betekening van het vonnis.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11807034 VV EXPL 25-430
datum uitspraak: 1 augustus 2025
Vonnis in kort geding van de kantonrechter
in de zaak van
STICHTING WOONSTAD ROTTERDAM,
vestigingsplaats: Rotterdam,
eiseres,
gemachtigde: mr. Y.F. Rijswijk,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: [plaats] ,
gedaagde,
die niet is verschenen.
De partijen worden hierna ‘Woonstad’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 25 juli 2025, met bijlagen 1 tot en met 4;
  • de mondelinge behandeling op 31 juli 2025.

2.De beoordeling

2.1.
De kantonrechter verleent verstek tegen [gedaagde] . [gedaagde] is namelijk niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling, terwijl bij zijn oproeping in deze zaak alle wettelijke termijnen en regels zijn gevolgd.
2.2.
Een vordering in kort geding kan worden toegewezen als de eisende partij hierbij zoveel spoed heeft dat die de uitkomst van een gewone procedure niet hoeft af te wachten (artikel 254 lid 1 Rv). Uit de stellingen van Woonstad volgt dat deze spoed aanwezig is. De vordering wordt toegewezen, omdat deze niet onrechtmatig of ongegrond lijkt (artikel 139 Rv).
2.3.
De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] , omdat hij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die [gedaagde] aan Woonstad moet betalen op € 145,45 aan dagvaardingskosten, € 135,00 aan griffierecht, € 543,00 aan salaris voor de gemachtigde en € 135,00 aan nakosten. Dat is in totaal € 958,45. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend.
2.4.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, omdat Woonstad dat vordert (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als [gedaagde] verzet instelt tegen het vonnis.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt [gedaagde] om te gedogen dat Woonstad, dan wel een door haar in te schakelen derde, in de woning aan het [adres] ( [postcode] ) in [plaats] onderzoek doet naar een vanuit die woning afkomstige lekkage en zo nodig herstelwerkzaamheden uitvoert om deze lekkage te verhelpen;
en voor zover [gedaagde] weigert om te voldoen aan de veroordeling in 3.1.:
3.2.
veroordeelt [gedaagde] om de woning aan het [adres] ( [postcode] ) in [plaats] binnen drie dagen na betekening van dit vonnis tijdelijk en/of gedeeltelijk te ontruimen en verlaten, met alle zich daarin en/of daarop bevindende personen en/of zaken, voor zover deze laatste niet het eigendom van Woonstad zijn, en onder afgifte van alle sleutels ter vrije en algehele beschikking te stellen van Woonstad, dan wel een door haar in te schakelen derde, voor de duur van het in 3.1. genoemde onderzoek en de in 3.1. genoemde werkzaamheden, voor zover dit noodzakelijk is om dat onderzoek en die werkzaamheden uit te voeren;
3.3.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, die aan de kant van Woonstad worden begroot op € 958,45;
3.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. de Geus en in het openbaar uitgesproken.
38671