Uitspraak
RECHTBANK Rotterdam
1..[bedrijf B] ,
2.[persoon B],
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- de dagvaarding van 13 november 2024;
- de akte van [bedrijf A] van 27 november 2024, met producties 1 tot en met 9;
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie van 5 februari 2025, met producties 1 tot en 12;
- de brief van 26 maart 2025 van de rechtbank, waarbij partijen zijn opgeroepen voor een mondelinge behandeling;
- de zittingsagenda van 28 april 2025;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties 10 tot en met 20;
- de brief van 16 mei 2025 van [bedrijf A] met de nagezonden productie 16;
- de akte eisvermeerdering in reconventie van 26 mei 2025;
- de spreekaantekeningen van mr. Verhoeven;
- de spreekaantekeningen van mr. Linders.
3.De feiten
4.Het geschil
Primair: [persoon B] te veroordelen tot betaling tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [bedrijf A] van de contractuele boetes van € 20.000,00, te vermeerderen met een bedrag van € 500,00 per dag, te rekenen vanaf 2 september 2024 tot en met de dag waarop de overtreding van het concurrentiebeding voortduurt; en
5.De beoordeling
6.De beslissing
[1729/3904]