ECLI:NL:RBROT:2025:9635

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 juli 2025
Publicatiedatum
7 augustus 2025
Zaaknummer
83/033832-22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelvonnis met betrekking tot beroepsverbod van verdachte in strafzaak

Op 23 juli 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam een herstelvonnis uitgesproken in de strafzaak met parketnummer 83/033832-22. Dit herstelvonnis betreft een eerdere uitspraak van de meervoudige economische kamer voor strafzaken, die op 22 juli 2025 werd gedaan. De rechtbank constateerde dat er een fout was gemaakt in het dictum van het eerdere vonnis, waarbij het aan de verdachte opgelegde beroepsverbod voor de duur van vijf jaren abusievelijk niet was opgenomen. De rechtbank oordeelde dat dit een kennelijke misslag was en besloot deze fout te herstellen door het dictum aan te passen.

In het herstelvonnis handhaaft de rechtbank haar eerdere beslissing van 22 juli 2025 en voegt daaraan toe dat de griffier dit vonnis moet hechten aan het originele vonnis en dit per brief ter kennis moet brengen van de verdachte, zijn raadsman en de officier van justitie. De rechtbank ontzet de verdachte van het recht tot uitoefening van het beroep van bestuurder van een rechtspersoon voor de duur van vijf jaren. Dit vonnis is uitgesproken op de openbare terechtzitting van de rechtbank op 23 juli 2025, waarbij de oudste en jongste rechter buiten staat waren om het vonnis mede te ondertekenen.

Uitspraak

Rechtbank RotterdaM
Team straf 1
Parketnummer: 83/033832-22
Datum uitspraak: 23 juli 2025
Tegenspraak
Herstelvonnisvan het vonnis van de meervoudige economische kamer voor strafzaken van de rechtbank Rotterdam op 22 juli 2025 met betrekking tot de verdachte:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1985,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres],
raadsman mr. J.S. de Gram, advocaat te ’s-Gravenhage.

Het onderdeel van het vonnis dat moet worden hersteld

De rechtbank heeft ambtshalve geconstateerd dat het dictum van voormeld vonnis een fout bevat. In het dictum is namelijk abusievelijk verzuimd het aan de verdachte opgelegde beroepsverbod voor de duur van 5 jaren op te nemen. De rechtbank is van oordeel dat sprake is van een kennelijke misslag en zal deze fout herstellen door aanpassing van het betreffende vonnis.

De beslissing

De rechtbank:
- handhaaft haar beslissing van 22 juli 2025 en voegt daaraan toe:
-
ontzetde verdachte van het recht tot uitoefening van het beroep van bestuurder van een rechtspersoon voor de duur van5 (vijf) jaren;
- bepaalt dat de griffier dit vonnis doet hechten aan het originele vonnis van 22 juli 2025 en dit vonnis per brief ter kennis brengt van de verdachte, zijn raadsman en de officier van justitie.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. L. Daum, voorzitter,
en mrs. J.J. Klomp en J.C. Tijink, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. V.E. Scholtens, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 23 juli 2025.
De oudste rechter en de jongste rechter zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.