ECLI:NL:RBROT:2025:9583

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
6 augustus 2025
Publicatiedatum
6 augustus 2025
Zaaknummer
C/10/687554/HA ZA 24-887
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid voor gebreken bij gevelrenovatie van schoolgebouw door aannemer

In deze zaak vordert de stichting Openbare Stichting lr. Lely Lyceum schadevergoeding van Alwiti B.V. wegens vermeende tekortkomingen in de uitvoering van een gevelrenovatie aan haar schoolgebouw in 2013. Lely Lyceum stelt dat er houtrot is ontstaan achter de gevelbeplating door ondeugdelijk werk van Alwiti. De rechtbank oordeelt dat Lely Lyceum niet aan haar stelplicht heeft voldaan en onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de gestelde tekortkomingen. Alwiti betwist de claims en stelt dat er afwijkende afspraken zijn gemaakt over de uitvoering. De rechtbank concludeert dat de vorderingen van Lely Lyceum worden afgewezen, omdat niet is komen vast te staan dat Alwiti tekort is geschoten in de nakoming van de aannemingsovereenkomst. Lely Lyceum wordt veroordeeld in de proceskosten van Alwiti, die op € 8.495,- zijn begroot.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer: C/10/687554 / HA ZA 24-887
Vonnis van 9 juli 2025
in de zaak van
de stichting
Openbare Stichting lr. Lely Lyceum,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres,
advocaat: mr. W.Th. Post,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Alwiti B.V.,
gevestigd te Dordrecht,
gedaagde,
advocaat: mr. I.B. Jansse.
De partijen worden hierna ‘Lely Lyceum’ en ‘Alwiti’ genoemd.

1.De zaak in het kort

Alwiti heeft in 2013 een gevelrenovatie uitgevoerd aan de school van Lely Lyceum. Lely Lyceum vindt dat Alwiti dit niet goed heeft gedaan omdat er achter de gevelbeplating houtrot is ontstaan. Zij heeft een deskundige ingeschakeld om de kwaliteit van de zuidgevel te beoordelen. De deskundige heeft gebreken geconstateerd en montagefouten vastgesteld die daaraan hebben bijgedragen. Lely Lyceum vordert in deze procedure onder meer schadevergoeding van Alwiti. Alwiti betwist dat er sprake is van een tekortkoming in de nakoming van de aannemingsovereenkomst. In dit vonnis oordeelt de rechtbank dat Lely Lyceum niet aan haar stelplicht heeft voldaan ten aanzien van de gestelde tekortkoming en dat aan nadere bewijslevering niet wordt toegekomen. Haar vorderingen worden daarom afgewezen.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 1 oktober 2024, met producties 1 t/m 6;
- de conclusie van antwoord, met producties 1 t/m 14;
- de akte van Lely Lyceum van 20 maart 2025 met producties 7 t/m 10;
- de spreekaantekeningen van Alwiti;
- de mondelinge behandeling van 31 maart 2025;
- de door Alwiti tijdens de mondelinge behandeling overgelegde e-mail;
- de akte van Lely Lyceum van 9 april 2025.
2.2.
Tenslotte is vonnis bepaald.

3.De feiten

3.1.
In april 2013 heeft Lely Lyceum aan Alwiti opdracht gegeven tot het uitvoeren van een gevelrenovatie aan haar schoolgebouw. Die renovatie bestond uit het leveren en monteren van een aantal kozijnen en het vervangen van de bestaande gevelbeplating door zogenoemde Rockpanel panelen.
3.2.
In de opdrachtbevestiging wordt verwezen naar het bestek van 1 maart 2013. In dit bestek is onder andere opgenomen dat [naam 1] , architect (hierna: [naam 1] ), de rol van directie vervult.
3.3.
De werkzaamheden zijn in 2013 uitgevoerd en opgeleverd door Alwiti.
3.4.
In 2022 en 2023 heeft Lely Lyceum zonweringen laten vervangen. Bij die werkzaamheden werd opgemerkt dat de gevelpanelen gebreken vertoonden en dat er houtrot zat in de achterconstructie.
3.5.
In opdracht van Lely Lyceum heeft Rijking bouwkundig advies (hierna: Rijking) een rapportage opgesteld over de kwaliteit van de (zuid)gevel van het schoolgebouw.
3.6.
Op 29 januari 2024 heeft Lely Lyceum Alwiti in gebreke gesteld en haar gesommeerd de gevelbekleding aan de (zuid)gevel van de school te (doen) vervangen.
3.7.
Alwiti heeft aansprakelijkheid afgewezen.

4.Het geschil

4.1.
Lely Lyceum vordert – samengevat – bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
I. verklaring voor recht dat Alwiti tekortgeschoten is in de nakoming van haar verplichtingen uit de aannemingsovereenkomst uit 2013, in het bijzonder doordat zij de nieuw aan te brengen gevelpanelen ondeugdelijk heeft aangebracht;
II. veroordeling van Alwiti tot vergoeding van de schade als gevolg van de tekortkoming, in het bijzonder bestaande uit de kosten om een derde partij de gevelpanelen te laten demonteren, de achterconstructie te laten verbeteren en nieuwe gevelpanelen te laten aanbrengen;
III. veroordeling van Alwiti tot vergoeding van de incassokosten, proceskosten en nakosten.
4.2.
De grondslag van de vordering is een tekortkoming in de nakoming van de aannemingsovereenkomst en omzetting van de nakomingsverbintenis in een verbintenis tot vervangende schadevergoeding.
4.3.
Alwiti voert verweer en concludeert tot niet-ontvankelijkheid van Lely Lyceum in haar vorderingen, althans tot afwijzing van deze vorderingen, met veroordeling (uitvoerbaar bij voorraad) van Lely Lyceum in de proceskosten.
4.4.
Alwiti betwist dat sprake is van gebreken in de uitvoering van de werkzaamheden. Daarnaast voert Alwiti aan dat Lely Lyceum niet tijdig heeft geklaagd, dat Lely Lyceum zich niet aan haar onderhoudsplicht heeft gehouden en dat sprake is van een afwijkende garantietermijn op grond van de overeenkomst, welke termijn al is verstreken. Tenslotte betwist zij dat sprake is van een causaal verband tussen de door Lely Lyceum gestelde gebreken en de houtrot.

5.De beoordeling

Garantievoorwaarden
5.1.
Naar het oordeel van de rechtbank kan hier buiten beschouwing blijven of en zo ja welke garantiebepalingen partijen met elkaar overeen zijn gekomen. Partijen beroepen zich ieder op hun eigen garantievoorwaarden en betwisten de toepassing van de garantievoorwaarden van de ander. De garantiebepalingen waarop partijen zich beroepen zien echter op de gebruikte onderdelen en niet op de montage. In de garantiebepalingen waar Lely Lyceum zich op beroept staat “voor de volgende onderdelen wordt een garantie verlangd (…)”. In de garantiebepalingen waar Alwiti zich op beroept staat “de deugdelijkheid van de geleverde en gemonteerde zaken”. Naar het oordeel van de rechtbank ziet deze garantie daarom op de geschiktheid of de deugdelijkheid van de materialen. Nu het hier gaat het om een gesteld gebrek dat ziet op een onjuiste montage van de onderdelen valt dit buiten de reikwijdte van beide garantievoorwaarden.
Tekortkoming?
5.2.
Kern van de zaak is de vraag of sprake is van een tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst. Lely Lyceum ontdekte in 2022 houtrot achter de gevelpanelen. Volgens Lely Lyceum is dit ontstaan doordat Alwiti ofwel heeft nagelaten om rotte delen te vervangen, ofwel doordat zij de gevelrenovatie zodanig slecht heeft uitgevoerd dat er waterindringing kon plaatsvinden. Volgens Lely Lyceum heeft Alwiti de gevelpanelen onvoldoende en ondeugdelijk bevestigd en is zij afgeweken van de voorschriften van de leverancier met betrekking tot de montage, ventilatie en isolatie.
5.3.
Alwiti betwist dat zij de werkzaamheden niet goed heeft uitgevoerd.
Nagelaten om rotte delen te vervangen?
5.4.
De rechtbank oordeelt dat tegenover de gemotiveerde betwisting van Alwiti door Lely Lyceum onvoldoende feiten en omstandigheden naar voren zijn gebracht om haar stelling te onderbouwen dat Alwiti heeft nagelaten rotte delen te vervangen. Alwiti overlegt foto’s van de werkzaamheden waarop geen houtrot te zien is en voert aan dat zij geen houtrot heeft waargenomen en dat ook [naam 1] geen houtrot heeft waargenomen. Daartegenover wordt door Lely Lyceum alleen gesteld dat uit het feit dat er in 2022/2023 houtrot is vastgesteld volgt dat Alwiti destijds moet hebben nagelaten rot hout te vervangen. Dit is onvoldoende. Het had op de weg van het Lely Lyceum gelegen om ten minste concreet te maken waar die houtrot zich dan bevond, en/of om bijvoorbeeld door een verklaring van [naam 1] te onderbouwen wat door hem aan houtrot is gezien.
Slechte uitvoering gevelrenovatie?
5.5.
De rechtbank oordeelt dat tegenover de gemotiveerde betwisting van Alwiti door Lely Lyceum onvoldoende feiten en omstandigheden naar voren zijn gebracht om haar stelling te onderbouwen dat de gevelrenovatie slecht is uitgevoerd. De rechtbank begrijpt de stelling van Lely Lyceum zo dat Lely Lyceum aanvoert dat de montagefouten die door Rijking zijn vastgesteld in alle door Alwiti geplaatste geveldelen aanwezig zijn. Die montagefouten legt Lely Lyceum ten grondslag aan haar stelling dat Alwiti tekort is geschoten doordat zij de gevelrenovatie zodanig slecht heeft uitgevoerd dat er stelselmatig waterindringing kon plaatsvinden waardoor er houtrot kon ontstaan.
Montagefouten volgens Lely Lyceum en de betwisting daarvan door Alwiti:
5.6.
Ter onderbouwing overlegt Lely Lyceum een rapport ‘Kwaliteitsbeoordeling zuidgevel lr. Lely Lyceum’, van 6 december 2023 en een memo ‘Noodzaak vervanging gevelbekleding lr. Lely Lyceum te Amsterdam’, van 19 maart 2025, van Rijking. Ook overlegt zij foto’s van de achterconstructie die in het eerste kwartaal van 2024 zijn gemaakt.
5.7.
Onder de geconstateerde gebreken in hoofdstuk 2 van het rapport heeft Rijking onder andere het volgende geconstateerd:

Losgekomen gevelpanelen”;
“Losgekomen waterslag. Waterslag mist opstand”’
“Foutief aangebrachte dampdoorlatende folie. Waterslag mist opstand.”;
“(…)Foutief aangebrachte volkern beplating”;
“(…) Zetwerken zijn op meerdere gevels losgekomen!”;
“Dunne en foutief aangebrachte latten. Regelwerk is niet constructief bevestigd. Hart op hart afstand regelwerk te groot en onregelmatig. Regelwerk voldoet niet qua dikte. Isolatie is niet juist aangebracht, rondom niet afgesloten aangebracht. Geen regelwerk op dampdoorlatende folie.”;
“Aangetast hout door het ontbreken van een opstaande kant bij de lekdorpels en het onjuist ventileren van de gevel. De gevelpanelen zijn rechtstreeks aangebracht op de folie waardoor deze folie niet meer als dampopen kan functioneren.”.
5.8.
Vervolgens zijn in hoofdstuk 3 de voorschriften van Rockpanel uitgewerkt en daarna de toepassing hiervan, waarin onder andere het volgende wordt geconstateerd:
Onder 3.3.2 t.a.v. de montage van de gevelpanelen, ‘toepassingen lr. Lely Lyceum’:
“(…) Achter de gevelbekleding is zwarte (dampopen waterkerende) folie te zien, zonder de aanwezigheid van ventilatielatten zoals weergeven door Rockpanel in figuur 3.11”;
“(…) De Rockpanel gevelpanelen waren bevestigd aan de dragende houten achter constructie (h.o.h. ca. 1200mm) en daartussen aan een dunne strook multiplex die met één schroef is bevestigd. De dikte van het verticale regelwerk dient minimaal 28 mm te zijn voor een goede bevestiging en constructief te zijn bevestigd (Rockpanel, Product Informatieblad Rockpanel Woods, 2022).”;“Eenzijdig gemonteerde strook multiplex op foutief aangebrachte isolatie.”
Onder 3.3.3. t.a.v. de bevestiging van de gevelpanelen, ‘toepassingen lr. Lely Lyceum’:

De gemonteerde stroken met een maximale lengte van 3050 mm zijn op een onregelmatige wijze bevestigd.”;
“maatvoeringen 1 = 15 mm, hart op hart is 580 mm, voldoet niet!”;
“maatvoeringen 2 = 595 mm en 3 = 1.195 mm, hart op hart is 600 mm, voldoet niet!”;
“maatvoeringen 3 = 1.195 mm en 4 = 2.330 mm, hart op hart is 1.135 mm, voldoet niet!”;
“maatvoeringen 4 = 2.330 mm en 5 = 2.885 mm, hart op hart is 555 mm, voldoet niet!”;
“maatvoeringen 5 = 2.885 en 6 = 3.035 mm, hart op hart is 150 mm, voldoet niet!”.
5.9.
In hoofdstuk 4 worden de volgende onvolkomenheden/montagefouten opgesomd:

1. Het ontbreken van verticale (gewolmaniseerde) ventilatielatten van minimaal 28mm dik, maximaal hart op hart 480mm, waardoor kromtrekken wordt voorkomen;
2. De Rockpanelstroken zijn rechtstreeks gemonteerd op de dampopen waterkerende folie, waardoor deze niet juist functioneert;
3. Het ontbreken van opstanden ter plaatste van de zetwerken tussen de kozijnen waardoor geen juiste waterdichtheid is;
4. Het onjuist aangebrachte isolatie, waardoor de functionaliteit van het isoleren feitelijk nutteloos is.”
5.10.
In de memo van Rijking worden de bovengenoemde punten in andere volgorde (grotendeels) opnieuw genoemd. Hierbij maakt Rijking geen onderscheid tussen ‘gebreken’ in de kwaliteit van de in 2023 beoordeelde gevel en ‘gebreken’ in de zin van fouten in de montage van de gevelpanelen door Alwiti in 2013. Tijdens de zitting heeft Lely Lyceum toegelicht dat de memo een samenvatting is van het rapport en een nadere onderbouwing geeft van de noodzaak om de gevelpanelen te vervangen. De rechtbank begrijpt hieruit dat de memo geen nieuwe tekortkomingen bevat.
5.11.
Voor zover Alwiti stelt dat er voor delen van de school afwijkende afspraken zijn gemaakt (zie hierna onder overweging 5.17) voert Lely Lyceum aan dat de opdracht om het opdikken van de gevels te laten vervallen uitsluitend ziet op twee kleine delen van de gevel van 3 m2 en 6 m2 en niet op de gehele zuidgevel. Volgens Lely Lyceum heeft [naam 1] dit zo aan haar toegelicht en blijkt dit uit het onderwerp, de context en de bijlagen van de email die door Alwiti wordt overgelegd ter onderbouwing van de door haar gestelde afwijkende afspraken.
5.12.
Alwiti betwist de slechte uitvoering. Volgens haar is het onduidelijk welke van de genoemde gebreken haar nu precies verweten worden. Daarnaast voert zij aan dat zij de panelen conform de destijds geldende voorschriften heeft aangebracht, dat zij een proefopstelling heeft gemaakt die door [naam 1] en Rockpanel is goedgekeurd en dat zij de panelen conform die proefopstelling heeft aangebracht. Afwijkingen van de voorschriften heeft zij in overleg met of in opdracht van [naam 1] uitgevoerd. Hierbij benadrukt zij dat er afwijkende afspraken zijn gemaakt over de gevelopdikking voor het oude deel van het gebouw (de rechtbank begrijpt: de zuidgevel) en beroept zij zich op de aanwijzingen van [naam 1] over het gebruik van nagels in plaats van de door Alwiti voorgestelde schroeven. Alwiti overlegt foto’s van de werkzaamheden en de proefopstelling. Daarnaast overlegt zij emailberichten waarin [naam 1] instructies geeft over de wijze waarop de werkzaamheden moeten worden uitgevoerd. Tenslotte overlegt Alwiti foto’s van de gevel die zij in november 2024 heeft gemaakt.
5.13.
Hierna wordt uitgewerkt hoe Alwiti haar betwisting nader motiveert.
Volgens Alwiti: ook werkzaamheden door derden aan de gevel
5.14.
Alwiti stelt dat zij de gevels heeft opgeleverd met aluminium zetwerk tussen de kozijnen (niet met beplating). In het rapport van Rijking wordt verwezen naar door volkernbeplating vervangen zetwerken waarop nieuwe zonwering is bevestigd. Alwiti verwijst hierbij naar bijlage 2 bij het rapport van Rijking van 6 december 2023. Hieruit blijkt dat er werk aan de kozijnen is verricht door een andere partij. Alwiti overlegt tevens een foto om te onderbouwen dat zij kozijnen heeft opgeleverd met aluminium zetwerken.
Volgens Alwiti: Voorschriften Rockpanel, proefopstelling en instructies [naam 1]
5.15.
Alwiti stelt dat in het rapport van Rijking wordt verwezen naar instructies met betrekking tot de installatie van de Rockpanel-panelen die dateren van 2020, dus van ná de werkzaamheden van Alwiti in 2013. Volgens Alwiti heeft zij een proefopstelling gemaakt die door [naam 1] en Rockpanel is beoordeeld en goedgekeurd. Tijdens de zitting heeft Alwiti toegelicht dat die proefopstelling aan de hand van de op dat moment geldende voorschriften van Rockpanel is gemaakt. Alwiti overlegt foto’s van de proefopstelling en emailberichten van [naam 1] waarin naar de proefopstelling wordt verwezen.
5.16.
Alwiti stelt dat [naam 1] de beslissingen nam over de uitvoering. Tussen Alwiti en [naam 1] heeft over het gebruik van nagels overleg plaatsgevonden. Alwiti wilde liever schroeven gebruiken. [naam 1] wilde dat Alwiti nagels gebruikte, dit heeft Alwiti gedaan. Alwiti overlegt hierover verschillende emailberichten van haar en [naam 1] :
Emailbericht van Alwiti ([naam 2]) aan [naam 1] van 3 mei 2013:
“(…) Ook is er gesproken over het bevestigen van het Rockpanel met nagels of schroeven Ons inziens is het door het gebruiken van de dunne rachel haast onmogelijk om met nagels deugdelijk te bevestigen vanwege het veren van de rachel, en vragen daarom uw akkoord voor het bevestigen met Rockpanel schroeven.”;
Emailbericht van [naam 1] aan Rockpanel ([naam 3]) en Alwiti ([naam 2]) van 3 mei 2013:
“(…) De aannemer werkt graag met de schroef, ons lijkt de geringde nagel een mooiere oplossing.”
Volgens Alwiti: afwijkende afspraken voor oude deel van de school
5.17.
Alwiti stelt dat voor het verticale regelwerk een onderscheid gemaakt moet worden tussen de verschillende delen van de school. Volgens Alwiti zijn er afwijkende afspraken gemaakt over het deel van de school dat is gebouwd in de jaren ’80. Hier was te weinig ruimte tussen de dakrand en de achterconstructie om de benodigde ventilatielatten van 28 mm aan te brengen. Er is afgesproken latten van 5 mm te gebruiken. Alwiti onderbouwt dit door het overleggen van een emailbericht van 3 mei 2013 en een emailbericht van 8 mei 2013;
Emailbericht van Alwiti ([naam 2]) aan [naam 1] van 3 mei 2013:

(…) Gewijzigde detaillering m.b.t. de Rockpanel op de verdieping ter hoogte van de dakrand. (Geen rachel toepassen maar alleen 5mm uitvullen)”
Emailbericht van [naam 1] aan Alwiti ([naam 4] en [naam 2]) en aan de schooldirectie van Lely Lyceum ([naam 5] en [naam 6]) van 8 mei 2013:
“(…)Onderwerp: beplating overgang naar bouwfase 2000 en meerwerk kosten
(…)Beste [naam 4], beste [naam 2],
Als bijlage ontvangen jullie foto’s van de stukjes gevel boven de overgang naar de nieuwbouw (bouwfase 2000).
In oostgevel B (26/BV/G/02) is te zien dat de (ca. 3 m2) beplating hier vervangen dient te worden.
In de oost gevel A is niet te zien dat tussen as A.S. en as A.M. de ca. 6 m2 beplating hier ook vervangen dient te worden, volgens pag. 7 onderdeel 00.02.29 90 van het bestek moet de aannemer ons hierop wijzen.
In ieder geval moet het trespa overal vervangen worden door Rockwool.
Voor de beplating van oostgevel A die niet vanaf de straat te zien is mag wat mij betreft materiaal gebruikt worden met kleine krassen en of ander oppervlakkige beschadigingen.
Zoals besproken met [naam 2] verwachten wij dat het opdikken van de gevels kan komen te vervallen en wij de bestaande zinken dakrand kunnen handhaven;
Ik wacht nog op de definitieve verticale details en de horizontale details (t.p.v. venster en beplating) ter goed keuring.
Het extra rachel werk en de nieuwe Alu-daktrim komen bij deze oplossing te vervallen; dat levert minderwerk op. Meerwerk voor de loze zonweringskap wordt hierdoor ruim gecompenseerd (ontvangen wij een meer- en minder kostenoverzicht?)
(…)
Met vriendelijke groet,
[naam 1]
De beoordeling van de stellingen en betwistingen:
5.18.
Voorop gesteld wordt dat het op de weg van Lely Lyceum had gelegen om nader te concretiseren wat Alwiti precies wordt verweten. Op haar rusten de stelplicht en bewijslast. Van haar mag worden verwacht dat zij inzichtelijk maakt welke gebreken op dit moment worden vastgesteld en welke (montage)fouten van Alwiti hiervan de oorzaak zijn. In het rapport van Rijking wordt geen duidelijk onderscheid gemaakt tussen de huidige gebreken en de montagefouten die aan het ontstaan van die gebreken zouden hebben bijgedragen. Daarbij is onduidelijk welke delen van de benoemde gebreken Alwiti worden verweten, dit omdat het rapport de gehele zuidgevel betreft. Bovendien heeft ook een derde partij werkzaamheden aan die gevel verricht. Tegen deze achtergrond is Lely Lyceum onvoldoende concreet en specifiek in haar stellingname. Het gevolg hiervan is dat de rechtbank in elk geval voorbij gaat aan de gestelde gebreken die zien op de waterslag, volkernbeplating en lekdorpels.
5.19.
De gebreken die zien op de gevelbeplating zijn wel nader geconcretiseerd. Daarbij staat vast dat deze gevelbeplating door Alwiti is aangebracht, waardoor eveneens duidelijk is dat dit gebreken zijn die Lely Lyceum Alwiti verwijt. De rechtbank is echter van oordeel dat Lely Lyceum ten aanzien van de gevelbeplating haar stelling onvoldoende heeft onderbouwd in het licht van de gemotiveerde betwisting. Hierbij is met name van belang dat [naam 1] namens Lely Lyceum gedurende de werkzaamheden als directie is opgetreden. [naam 1] was als architect bij de uitvoering van de werkzaamheden bevoegd om namens het Lely Lyceum toezicht te houden en aanwijzingen te geven over de wijze waarop de werkzaamheden moesten worden uitgevoerd. Dit heeft hij ook gedaan. Het had op de weg van het Lely Lyceum gelegen om nader te onderbouwen waarom Alwiti tekort is geschoten ondanks het toezicht en de concrete aanwijzingen van [naam 1] . Voor de verschillende verwijten geldt hierbij in het bijzonder nog het navolgende.
De gestelde fouten in de uitvoering van de montage
5.20.
De rechtbank is van oordeel dat het op de weg van het Lely Lyceum had gelegen om nader te onderbouwen waarom de montagefouten als een tekortkoming in de nakoming moeten worden aangemerkt ondanks de omstandigheid dat [naam 1] de proefopstelling heeft goedgekeurd en concrete aanwijzingen heeft gegeven over het gebruik van nagels. Ook mocht van Lely Lyceum – gelet op het betoog van Alwiti – een onderbouwing worden verwacht waarom hier sprake is van een tekortkoming terwijl de werkwijze tijdens de uitvoering voor [naam 1] zichtbaar was. Die onderbouwingen zijn niet gegeven. Omdat [naam 1] toezicht hield op de werkzaamheden, de proefopstelling heeft goedgekeurd en regelmatig aanwezig was tijdens de uitvoering, mocht Alwiti er dan ook op vertrouwen dat haar werkwijze naar behoren was.
Afwijkende afspraken over isolatie en ventilatie
5.21.
Verder is van belang dat Alwiti onderbouwd heeft aangevoerd dat er ten aanzien van het oude deel van de school afwijkende afspraken zijn gemaakt. Door Lely Lyceum wordt erkend dat voor een deel van de school afwijkende afspraken golden. Het standpunt van Lely Lyceum dat uit het onderwerp, de context en de bijlage van het emailbericht van 3 mei (zie overweging 5.17) blijkt dat die afspraken slechts voor twee kleine delen gelden, volgt de rechtbank niet. Uit de ligging van de zuidgevel en uit het emailbericht blijkt niet dat het vervallen van het rachelwerk uitsluitend op die twee delen ziet. Het is aannemelijker dat [naam 1] in het emailbericht twee boodschappen afgeeft aan Alwiti; ten eerste dat ook de geveldelen die ‘om de hoek’ van de zuidgevel zitten moeten worden voorzien van Rockpanel beplating en ten tweede dat de gevelverdikking komt te vervallen om de bestaande dakrand te behouden. Dat de tweede opmerking alleen op de genoemde twee geveldelen ziet, blijkt niet. Dat de dakrand aan de zuidgevel meer ruimte zou bieden aan de voorkant van de gevel dan aan de zijkanten is door Lely Lyceum ook niet toegelicht. In het licht van de betwisting van Alwiti dat ten aanzien van het onderzochte deel van de gevel afwijkende afspraken zijn gemaakt, is de rechtbank daarom van oordeel dat Lely Lyceum haar stelling op dit onderdeel onvoldoende heeft onderbouwd, zodat het standpunt van Alwiti over de afwijkende afspraken dient te worden gevolgd.
De overige gevels
5.22.
Lely Lyceum heeft geen onderscheid gemaakt tussen de zuidgevel en de overige geveldelen. De door haar gestelde montagefouten zien op alle door Alwiti vervangen gevels, ook die waarnaar Rijking geen onderzoek heeft gedaan. Rijking heeft echter alleen een inspectie uitgevoerd op de zuidgevel. Op de zitting is dit uitdrukkelijk aan de orde gesteld. Van Lely Lyceum mocht in deze situatie worden verwacht dat zij gemotiveerd zou stellen en onderbouwen dat het gebruik van te dunne latten of het ontbreken van ventilatielatten ook op andere delen van de gevel aan de orde was, bijvoorbeeld door te onderbouwen dat de direct zichtbare gebreken, namelijk de loshangende gevelpanelen en de kromgetrokken gevelpanelen, daar in dezelfde mate aanwezig zijn. Dit heeft zij niet gedaan. Daartegenover staat dat Alwiti met foto’s haar stelling heeft onderbouwd dat bij door Alwiti vervangen delen van de gevel in 2024 geen sprake was van loshangende geveldelen. Ook voor de geveldelen waarvoor geen afwijkende afspraken zijn gemaakt, heeft Lely Lyceum daarom naar het oordeel van de onvoldoende onderbouwd dat Alwiti tekort is geschoten doordat er geen of te dunne latten zijn gebruikt.
Conclusie: geen slechte uitvoering gevelrenovatie gebleken
5.23.
Dit betekent dat Lely Lyceum tegenover de gemotiveerde betwisting van Alwiti haar stellingen op dit onderdeel niet voldoende gemotiveerd en onderbouwd heeft gehandhaafd. Daarom is niet komen vast te staan dat Alwiti tekort is geschoten door zodanig slechte uitvoering van de gevelrenovatie dat waterindringing mogelijk was en houtrot kon ontstaan.
Geen bewijsvoering
5.24.
Aan verdere bewijsvoering wordt niet toegekomen omdat Lely Lyceum niet heeft voldaan aan haar stelplicht, zoals hiervoor is toegelicht. Van Lely Lyceum mocht worden verwacht dat zij nader zou motiveren en onderbouwen dat sprake is van een tekortkoming ondanks de toezichthoudende rol van [naam 1] . Ook was zij op de hoogte van de betwisting van Alwiti dat ten aanzien van het oude deel van de school afwijkende afspraken waren gemaakt. Dat Lely Lyceum heeft aangenomen dat de werkwijze bij de zuidgevel hetzelfde was als bij de rest van de school en heeft nagelaten om de overige delen te inspecteren, moet voor haar risico blijven.
De conclusie
5.25.
De conclusie is dan ook dat niet is komen vast te staan dat Alwiti tekort is geschoten in de nakoming van de aannemingsovereenkomst. De vorderingen van Lely Lyceum worden daarom afgewezen.
5.26.
De overige betwistingen en verweren hebben gezien het voorgaande geen zelfstandige betekenis en zullen niet nader worden besproken.
De proceskosten
5.27.
Omdat Lely Lyceum ongelijk krijgt, moet zij de proceskosten van Alwiti betalen. Deze kosten bestaan uit:
- griffierecht € 2.889,-
- salaris advocaat € 5.428,- (2,0 punten x tarief € 2.714,- )
- nakosten
€ 178,-(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal € 8.495,-

6.De beslissing

De rechtbank
6.1.
wijst de vorderingen af;
6.2.
veroordeelt Lely Lyceum in de proceskosten van Alwiti, tot op heden begroot op
€ 8.495,-, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe. Als Lely Lyceum niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet Lely Lyceum € 92,- extra betalen, plus de kosten van betekening,
6.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.S. Polet en in het openbaar uitgesproken op 9 juli 2025.
2806/1694