Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
[adres] , [postcode] [woonplaats] ,
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar.
4.Waardering van het bewijs
5.Vorderingen benadeelde partijen
6.Bijlage
7.Beslissing
hij op of omstreeks 12 januari 2025 te Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk
een ontploffing teweeg heeft gebracht door op de deur van een pand, gelegen aan
de [adres delict 1] ,
een fles met vloeistof, althans een explosieve/brandbare substantie en/of (zwaar)
vuurwerk (Cobra 6) en/of stof(fen), tot ontsteking en/of ontbranding en/of
ontploffing te brengen,
terwijl daarvan
- gemeen gevaar voor goederen, te weten voornoemde pand en/of nabijgelegen
panden en/of de in die panden aanwezige goederen en/of auto’s en/of
- levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander, te weten
de in die panden aanwezige personen en/of personen die zich op het moment van
de ontploffing in de nabijheid van de plek waar de ontploffing plaatsvond
bevonden,
te duchten was
( art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 157 ahf/sub 2 Wetboek van
Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )
hij op of omstreeks 12 januari 2025 te Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk
een ontploffing teweeg heeft gebracht door de deur van een pand, gelegen aan de
[adres delict 2] ,
een fles met vloeistof, althans een explosieve/brandbare substantie en/of (zwaar)
vuurwerk (Cobra 6) en/of stof(fen), tot ontsteking en/of ontbranding en/of
ontploffing te brengen,
terwijl daarvan
- gemeen gevaar voor voor goederen, te weten voornoemde pand en/of
nabijgelegen panden en/of de in die panden aanwezige goederen en/of auto’s en/of
- levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander, te weten
de in die panden aanwezige personen en/of personen die zich op het moment van
de ontploffing in de nabijheid van de plek waar de ontploffing plaatsvond
bevonden,
te duchten was
( art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 157 ahf/sub 2 Wetboek van
Strafrecht, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )