Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- verzoeker;
- [persoon B] , werkzaam bij Geldplein (hierna: schuldhulpverlening).
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 9 mei 2025 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening op grond van artikel 287b van de Faillissementswet. Verzoeker, die onder beschermingsbewind staat, heeft op 10 maart 2025 een verzoekschrift ingediend om een moratorium van zes maanden te verkrijgen, zodat hij niet geconfronteerd zou worden met de ontruiming van zijn huurwoning. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoeker in een bedreigende situatie verkeert, aangezien er een vonnis van ontruiming van 10 november 2022 was en verweerster had aangekondigd tot ontruiming over te gaan. De rechtbank heeft de belangen van verzoeker, die een oplossing voor zijn schuldenproblematiek zoekt en inmiddels een Participatiewet-uitkering ontvangt, zwaarder laten wegen dan die van verweerster, die het vonnis van ontruiming wilde uitvoeren. De rechtbank heeft de tenuitvoerlegging van het ontruimingsvonnis opgeschort en de huurovereenkomst verlengd voor de duur van zes maanden, mits verzoeker de huurtermijnen tijdig en volledig blijft voldoen. Tevens is verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling, maar kan hij in de toekomst een nieuw verzoek indienen.