Op 28 mei 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaken van drie minderjarigen, [minderjarige 1], [minderjarige 2] en [minderjarige 3]. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling van de kinderen verlengd tot 6 juni 2026 en de machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige 1] bij de moeder met gezag verlengd tot 6 december 2025. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er nog steeds zorgen zijn over de communicatie tussen de ouders en het contact tussen de vader en de kinderen, met name met [minderjarige 1]. De moeder heeft aangegeven dat zij moeite heeft om grenzen te stellen richting de vader, wat de situatie bemoeilijkt. De GI Jeugdbescherming Brabant heeft verzocht om de ondertoezichtstelling te verlengen en de machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige 1] bij de moeder te verlengen. De kinderrechter heeft ook besloten om de ondertoezichtstelling over te dragen aan de GI Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, zodat er meer nabijheid is voor de kinderen en de hulpverlening kan worden voortgezet. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat deze direct geldt, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.