ECLI:NL:RBROT:2025:828

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
7 januari 2025
Publicatiedatum
23 januari 2025
Zaaknummer
10-011012-02
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met twee jaar in strafzaak

Op 7 januari 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, geboren in 1976. De rechtbank heeft de terbeschikkingstelling, die oorspronkelijk op 20 januari 2003 is gelast, verlengd met twee jaar. De terbeschikkingstelling was eerder opgelegd voor ernstige misdrijven, waaronder poging tot doodslag en zware mishandeling. De rechtbank ontving op 5 december 2024 een vordering van het openbaar ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling, welke op de openbare zitting is behandeld. De ter beschikking gestelde was aanwezig via videoverbinding, bijgestaan door zijn raadsman, mr. T.S. Kessel, en een deskundige. De instelling waar de ter beschikking gestelde verblijft, heeft geadviseerd om de terbeschikkingstelling te verlengen, gezien de complexe psychische problematiek van de ter beschikking gestelde, waaronder een schizo-affectieve stoornis en persoonlijkheidsstoornissen. De rechtbank heeft op basis van het advies van de instelling en de informatie van de zitting geoordeeld dat de ter beschikking gestelde nog steeds een gevaar vormt voor de veiligheid van anderen. De verlenging van de terbeschikkingstelling is noodzakelijk om de veiligheid te waarborgen, en de rechtbank heeft besloten de maatregel met twee jaar te verlengen. De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging overschrijdt nu vier jaar, maar dit is toegestaan gezien de aard van de misdrijven.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 10-011012-02
Datum uitspraak: 7 januari 2025
Beslissingvan de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van:
[ter beschikking gestelde](hierna ook: de ter beschikking gestelde),
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1976,
verblijvende in [naam instelling] (de instelling).
raadsman mr. T.S. Kessel, advocaat te Dordrecht.

1.Inleiding

Bij vonnis van deze rechtbank van 19 december 2002 is de terbeschikkingstelling van [ter beschikking gestelde] gelast en is zijn verpleging van overheidswege (dwangverpleging) bevolen.
De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van poging tot doodslag, poging tot zware mishandeling en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd.
De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op 20 januari 2003.
Bij beslissing van deze rechtbank van 25 januari 2023 is de terbeschikkingstelling laatstelijk verlengd met twee jaar.

2.Procesverloop

De rechtbank heeft op 5 december 2024 van het openbaar ministerie een vordering ontvangen tot verlenging van de terbeschikkingstelling. De vereiste stukken zijn bijgevoegd dan wel later toegezonden.
De vordering is op de openbare terechtzitting van 7 januari 2025 behandeld. De officier van justitie mr. S. Bosmans, de terbeschikkinggestelde (middels videoverbinding), bijgestaan door zijn raadsman, en de deskundige [naam] (middels videoverbinding), werkzaam als GZ-psycholoog en behandelcoördinator bij de instelling, zijn gehoord.

3.Adviezen

Advies instelling
De instelling adviseert in het rapport van 24 oktober 2024 de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaar.
Bij de ter beschikking gestelde is sprake van een schizo-affectieve stoornis, een antisociale en borderline persoonlijkheidsstoornis en een stoornis in het gebruik van alcohol en cannabis. De complexe pathologie maakt dat de ter beschikking gestelde zeer beperkt belastbaar is en ernstig wordt beperkt in zijn dagelijks functioneren. Intensieve behandeling – één op één – op de Kleine Zorgintensieve Afdeling (KZA) is noodzakelijk om het aantal incidenten tot een minimum te beperken, zijn gedrag te stabiliseren en spanningen te laten reguleren. Het recidiverisico wordt bij (voorwaardelijke) beëindiging van de maatregel ingeschat als hoog. Op dit moment worden geen concrete mogelijkheden gezien om een resocialisatietraject op verantwoorde wijze vorm te geven.
Op basis van de behandelgeschiedenis en het huidige functioneren van de ter beschikking gestelde worden geen verdere behandelmogelijkheden gezien en wordt ingezet op het versterken van de behandelrelatie en kwaliteit van leven. De instelling ziet daarbij geen andere mogelijkheid dan verblijf binnen de LFPZ-afdeling. Er is nog sprake van een fluctuerend toestandsbeeld en de huidige omgeving is noodzakelijk om enige mate van psychische stabiliteit te borgen. Vanwege de hoge begeleidingsintensiteit, de ernst van de problematiek en de noodzaak tot intensieve individuele behandeling, wordt ook een interne overplaatsing naar een reguliere afdeling onverantwoord geacht. Daarom kan niet anders geadviseerd worden dan handhaving van de LFPZ-status en verlenging van de tbs-maatregel met twee jaar.
Op de terechtzitting gegeven adviezen
De deskundige [naam] heeft haar advies op de terechtzitting toegelicht. Zij heeft onder meer – zakelijk weergegeven – verklaard dat er geen nieuwe ontwikkelingen zijn ten aanzien van de laatste verlengingsrapportage. De ter beschikking gestelde is momenteel stabiel. Hand in hand begeleiding is echter nodig om deze stabiliteit te behouden. Gelet op de complexe pathologie wordt het niet verstandig geacht om veel wijzigingen aan te brengen. Het bereikte evenwicht bij de ter beschikking gestelde is op dit moment het hoogst haalbare.

4.Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.
Standpunt van de ter beschikking gestelde
De ter beschikking gestelde en de raadsman hebben zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. De raadsman heeft daarbij opgemerkt dat de ter beschikking gestelde graag wil dat zijn sociaal netwerk meer in de buurt is.

5.Beoordeling

Op grond van het advies van de instelling en wat verder naar voren is gekomen op de terechtzitting is de rechtbank van oordeel dat:
- er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de ter beschikking gestelde;
- de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling wordt verlengd.
Uit het advies en hetgeen ter zitting naar voren is gekomen blijkt dat de ter beschikking gestelde op dit moment binnen de KZA relatief stabiel functioneert en dat vooralsnog geen concrete mogelijkheden worden gezien voor resocialisatie of het toekennen van meer vrijheden. Gelet op het advies van de instelling zal de rechtbank de maatregel met een termijn van twee jaar verlengen.
De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging gaat door de verlenging een periode van vier jaar te boven. Verlenging is niettemin mogelijk, omdat de
terbeschikkingstelling is opgelegd voor misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar
veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen.
Beslissing
De rechtbank:
verlengtde termijn van de terbeschikkingstelling met
2 (twee) jaren;
Deze beslissing is genomen door mr. J.M.L. van Mulbregt, voorzitter,
en mrs. W.M. Stolk en B. Vaz, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. D.C. van Beek, griffier en uitgesproken op de openbare terechtzitting.
Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.