ECLI:NL:RBROT:2025:7920

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 juni 2025
Publicatiedatum
3 juli 2025
Zaaknummer
10/079410-23
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewezenverklaring opzettelijk aanwezig hebben verdovend middel lijst I (MDMA) en heling van niet-openbare gegevens met toepassing van het jeugdstrafrecht

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 juni 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 2003, die beschuldigd werd van het opzettelijk aanwezig hebben van een verdovend middel (MDMA) en het verwerven en voorhanden hebben van niet-openbare gegevens. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 4 april 2023 in Rotterdam ongeveer 41,2 gram MDMA aanwezig had, wat in strijd is met de Opiumwet. Daarnaast heeft de verdachte in de periode van 21 maart 2020 tot en met 4 april 2023 niet-openbare gegevens verworven, waaronder inloggegevens en wachtwoorden van derden, door middel van de aankoop van zeven bots op de website Genesis Market. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het primair ten laste gelegde feit, maar het subsidiair ten laste gelegde feit is wettig en overtuigend bewezen verklaard. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte wist dat de gegevens door misdrijf waren verkregen. De rechtbank heeft het jeugdstrafrecht toegepast, gezien de leeftijd van de verdachte ten tijde van de feiten. De verdachte is veroordeeld tot een taakstraf van 60 uren, met aftrek van voorarrest, en er is rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn in de strafmaat.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team Jeugd
Parketnummer: 10/079410-23
Datum uitspraak: 24 juni 2025
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2003,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres],
raadsman mr. J. Gunning, advocaat te Utrecht.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de besloten terechtzitting van 10 juni 2025.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. L.L.H. Roebroek heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1 en 2 primair ten laste gelegde;
  • toepassing van het jeugdstrafrecht;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 80 uren, met aftrek van voorarrest, subsidiair 40 dagen vervangende jeugddetentie.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring (feit 1)
Het onder 1 ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Dit feit zal zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.2.
Vrijspraak (feit 2 primair)
4.2.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat het onder 2 primair ten laste gelegde, met uitzondering van het ten laste gelegde medeplegen, wettig en overtuigend bewezen kan worden. Op 21 maart 2020 heeft de verdachte een Genesis Market account aangemaakt en met dit account zeven bots aangeschaft. Eén van de door de verdachte aangekochte bots bevatte gegevens van een Nederlandse gebruiker, te weten aangever [aangever]. De computer van de aangever is geïnfecteerd geraakt met malware. Kort na deze ontdekking, in het voorjaar van 2020, is de aangever er achter gekomen dat zijn Felyx-account onbevoegd is gebruikt. Ter terechtzitting heeft de verdachte verklaard dat hij op Genesis Market zeven bots heeft gekocht, waarvan hij wist dat deze door malware waren verkregen. Hij heeft deze gekocht om in te loggen op het Felyx-account van een ander om daarmee een Felyx scooter te kunnen huren, omdat hij zelf geen rijbewijs had. Gelet hierop en op de aangifte is het aannemelijk dat de verdachte zich, met de door hem verkregen gegevens uit de aangekochte bot, zich toegang heeft verschaft tot het Felyx-account van de aangever. Ook daarmee is het oogmerk tot het plegen van computervredebreuk bewezen.
4.2.2.
Beoordeling
De verdachte wordt kort gezegd verweten dat hij op de website Genesis Market zeven bots heeft verworven, bevattende gebruikersnamen, wachtwoorden, browsercookies en/of browser fingerprints waarmee toegang kan worden verkregen tot een geautomatiseerd werk, met het oogmerk dat daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab, 138b of 139c Wetboek van Strafrecht (hierna Sr.) werd gepleegd. Voor een bewezenverklaring van artikel 139d, tweede lid aanhef onder b, Sr. is vereist dat er sprake is van voormeld oogmerk, dit kan worden omschreven als doelbewustheid. Dit kan worden afgeleid uit handelingen die worden verricht met de verworven gegevens waardoor toegang kan worden verkregen tot een geautomatiseerd werk (of een deel daarvan). De rechtbank is van oordeel dat op grond van het dossier niet kan worden vastgesteld dat de verdachte zich door middel van een door hem op Genesis Market aangekochte bot de toegang tot het Felyx-account van de aangever heeft verkregen. De aangever heeft geen melding gemaakt van misbruik van zijn account. Ook de door de aangever genoemde periode komt niet overeen met de datum waarop de verdachte de bots heeft aangeschaft. Ook verder kan niet worden vastgesteld dat de verdachte met één van de zeven door hem aangekochte bots zich de toegang tot een geautomatiseerd netwerk of een deel daarvan heeft verschaft.
4.2.3.
Conclusie
Het onder 2 primair ten laste gelegde is niet wettig en overtuigend bewezen. De verdachte wordt daarvan vrijgesproken.
4.3.
Bewezenverklaring (feit 2 subsidiair)
4.3.1.
Standpunt verdediging
De advocaat stelt zich op het standpunt dat de verdachte van het onder 2 subsidiair ten laste gelegde dient te worden vrijgesproken. Er kan niet worden vastgesteld welke informatie de verdachte door de aanschaf van de zeven bots op Genesis Market voorhanden heeft gehad. Niet kan worden vastgesteld dat de verdachte niet-openbare gegevens voorhanden heeft gehad.
4.3.2.
Beoordeling
Op grond van de inhoud van de bewijsmiddelen stelt de rechtbank het volgende vast.
Genesis Market is een marktplaats voor de aan- en verkoop van zogeheten ‘bots’. Om als koper toegang te verkrijgen tot deze website is een account nodig. Kopers kunnen saldo op hun account bij de Genesis Market storten en vervolgens met dit saldo bots aanschaffen. Een bot van Genesis Market bevat een unieke digitale vingerafdruk van een geïnfecteerde computer, inclusief afgevangen inlognamen en wachtwoorden voor persoonlijke toegang tot websites, browsergegevens en cookies, die middels malware verkregen is. Hiermee kan de online identiteit van nietsvermoedende slachtoffers worden overgenomen.
Vastgesteld kan worden dat de verdachte op 21 maart 2020 een account op Genesis Market heeft aangemaakt, vervolgens meerdere transacties naar Genesis Market heeft verricht en met dit account zeven bots heeft aangeschaft. De verdachte heeft verklaard dat hij wist dat deze bots van malware afkomstig waren. Hij heeft deze bots aangeschaft met als doel om op andermans account een Felyx-scooter te kunnen huren.
Daarbij zijn op een laptop, die bij verdachte in gebruik was, diverse lijsten aangetroffen met persoonlijke gegevens van derden, onder andere telefoonnummers, adressen, e-mailadressen en bankrekeningnummers. Ook zijn er lijsten met e-mailadressen en mogelijk bijbehorende wachtwoorden aangetroffen. Nu de verdachte heeft bekend dat hij zeven bots heeft aangeschaft op Genesis Market en lijsten met persoonsgegevens zijn aangetroffen op de laptop van de verdachte, stelt de rechtbank vast dat de verdachte deze gegevens heeft verworven en voorhanden heeft gehad.
Dat hier sprake is van niet-openbare gegevens volgt uit de verklaring van de verdachte zelf en de gevoelige aard en de combinatie van de persoonsgegevens. Het betreft een grote hoeveelheid sterk identificerende privégegevens van personen, waarvan duidelijk is dat die niet bestemd zijn voor gebruik door anderen.
Gelet op al het vorenstaande acht de rechtbank het aannemelijk dat de verdachte bij het verwerven en het voorhanden hebben van de niet-openbare gegevens wist dat deze door misdrijf zijn verkregen.
4.3.3.
Conclusie
Het onder 2 subsidiair ten laste gelegde is wettig en overtuigend bewezen.
4.4.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 subsidiair ten laste gelegde heeft begaan.
In bijlage III heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en nadien geen vrijspraak is bepleit. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 ten laste gelegde heeft begaan.
De verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten op die wijze begaan dat:
1.
hij,
op 4 april 2023 te Rotterdam,
opzettelijk,
aanwezig heeft gehad ongeveer 41,2 gram MDMA
een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel
aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
2.
hij
in de periode van 21 maart 2020 tot en met 4 april 2023 te Rotterdam en Capelle aan den IJssel,
niet-openbare gegevens, te weten:
- inloggegevens en daarbij behorende wachtwoorden toebehorende aan (onbekende) personen en- zeven bots/fingerprints bevattende persoonsgegevens, te weten: inloggegevens en/of wachtwoorden van personen,
heeft verworven en voorhanden gehad,
terwijl hij, verdachte, ten tijde van de verwerving en het voorhanden krijgen van deze gegevens wist dat deze door misdrijf waren verkregen.

5.Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:
1.
Opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
2. (subsidiair)
Niet-openbare gegevens verwerven of voorhanden hebben, terwijl hij ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van deze gegevens wist dat deze door misdrijf zijn verkregen.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft vanaf zestienjarige leeftijd via Genesis Market een aantal bots aangeschaft dan wel anderszins niet-openbare persoonsgevoelige gegevens, bestaande uit e-mailadressen, telefoonnummers, adressen en bankrekeningnummers, verworven en voorhanden gehad. Het bezit van deze niet-openbare persoonsgevoelige gegevens levert een ernstige schending van de privacy van de slachtoffers op. Een ieder behoort zich veilig te kunnen voelen in zijn eigen digitale omgeving waarin persoonlijke gegevens zijn opgeslagen, dan wel toegankelijk zijn. Door toedoen van de verdachte is het vertrouwen dat derden moeten kunnen stellen in hun persoonlijke digitale omgeving aangetast.
Daarnaast is op de slaapkamer van de verdachte, terwijl hij op dat moment negentien jaar oud was, een hoeveelheid pillen, bevattende 41,2 gram MDMA aangetroffen. De rechtbank kan niet vaststellen of de verdachte deze MDMA voor zichzelf of voor iemand anders in voorraad had, maar de situatie is hoe dan ook ontoelaatbaar. MDMA is een middel dat schadelijk is voor de gezondheid. Bovendien gaat de productie en het gebruik van MDMA vaak gepaard met (andere) criminaliteit, wat tot allerlei maatschappelijke schade leidt. Dit brengt overlast voor de samenleving mee en daarom is ook dit een kwalijk feit.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van
7 mei 2025, waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportage
Reclassering Nederlandheeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 30 juni 2024. Dit rapport houdt onder meer het volgende in.
De verdachte is inmiddels een volwassen jonge man. In de afgelopen periode zijn er een aantal mooie stappen gezet in het leven van de verdachte. Hij komt gemotiveerd over om deze positieve ontwikkeling door te zetten. Reclassering Nederland wil hem de kans geven om dit zelfstandig vast te houden.
Bij een veroordeling adviseert Reclassering Nederland een straf aan de verdachte op te leggen zonder bijzondere voorwaarden. Reclasseringstoezicht wordt niet nodig geacht.
Reclassering Nederland adviseert toepassing van het jeugdstrafrecht voor zover de verdachte ten tijde van de ten laste gelegde feiten meerderjarig was. Ten tijde van de ten laste gelegde feiten was de verdachte thuiswonend. Hij lijkt niet altijd de consequenties van zijn handelen te hebben overzien en leunt (nog altijd) op zijn ouders. De verdachte was/is ontvankelijk voor hun pedagogische invloed. Tevens worden er geen contra-indicaties gezien voor toepassing van het jeugdstrafrecht.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Volgens artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht, kan de rechtbank - ten aanzien van een verdachte die ten tijde van het begaan van een strafbaar feit de leeftijd van 18 jaren maar niet die van 23 jaren heeft bereikt - recht doen overeenkomstig de artikelen 77g tot en met 77gg, indien de rechtbank daartoe grond vindt in de persoonlijkheid van de dader of in de omstandigheden waaronder het feit is begaan.
De rechtbank stelt vast dat de verdachte het onder 1 bewezenverklaarde feit heeft gepleegd toen hij de leeftijd van 18 jaren had bereikt en dat de verdachte het onder 2 bewezenverklaarde feit gedeeltelijk heeft gepleegd toen hij de leeftijd van 18 jaren had bereikt. Gelet op de genoemde rapportage, het gegeven advies en de daarin geschetste persoonlijkheid van de verdachte, zal de rechtbank ten aanzien van het bewezenverklaarde op grond van artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht het jeugdstrafrecht toepassen.
De rechtbank stelt vast dat sprake is van een overschrijding van de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Met de overschrijding van de redelijke termijn zal de rechtbank in de strafmaat rekening houden.
Gezien de ernst van de feiten zal de rechtbank een taakstraf, bestaande uit een werkstraf van na te noemen duur opleggen. Gelet op al het voorgaande en rekening houdend met artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht, komt de rechtbank uit op een lagere straf dan is geëist door de officier van justitie.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 63, 77a, 77c, 77g, 77m, 77n en 139g van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet.

9.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 2 primair ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen dat de verdachte de onder 1 en 2 subsidiair ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
legt de verdachte een taakstraf op, bestaande uit een
werkstrafvoor de duur van
60 (zestig) uren;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde werkstraf in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf van twee uren per dag, zodat na deze aftrek
54 (vierenvijftig) urente verrichten werkstraf resteren;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, vervangende jeugddetentie zal worden toegepast voor de duur van
27 (zevenentwintig) dagen.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. C.N. Melkert, voorzitter, tevens kinderrechter,
en mrs. J.S. van den Berge en S. Jordaan, rechters,
in tegenwoordigheid van mrs. R. Spaans en P.A. van der Schee, griffiers,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 24 juni 2025.
De oudste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij,
op of omstreeks 4 april 2023 te Rotterdam, althans Nederland,
opzettelijk,
aanwezig heeft gehad ongeveer 41,2 gram MDMA, in elk geval een hoeveelheid van
een materiaal bevattende amfetamine, zijnde MDMA,
een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 21 maart 2020 tot en met
18 mei 2022 te Rotterdam en/of Capelle aan den IJssel, althans Nederland,
meermalen, althans eenmaal, tezamen en in vereniging met (een) ander(en),
althans alleen,
een computerwachtwoord, toegangscode en/of daarmee vergelijkbaar gegeven,
waardoor toegang kon worden gekregen tot een (deel van een) geautomatiseerd werk,
heeft vervaardigd, verkocht, verworven, ingevoerd, verspreid en/of anderszins ter
beschikking heeft gesteld en/of voorhanden heeft gehad,
met het oogmerk dat daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab, eerste lid,
138b of 139c Wetboek van strafrecht werd gepleegd,
door op de website Genesis Market zeven, althans één of meerdere, bot(s) te (doen)
verwerven, bevattende (een) gebruikersna(a)m(en), wachtwoord(en), browsercookie(s) en/of browser fingerprint(s) toebehorende aan (een) andere perso(o)n(en) (dan verdachte en/of zijn mededader(s)) waarmee toegang kan worden verkregen tot (een) geautomatiseerd werk(en) of een deel daarvan.
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij
op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 21 maart 2020 tot en met
4 april 2023 te Rotterdam en/of Capelle aan den IJssel, althans Nederland,
meermalen, althans eenmaal, tezamen en in vereniging met (een) ander(en),
niet-openbare gegevens, te weten:
- inloggegeven(s) en/of daarbij behorende wachtwoord(en) die toegang verlenen tot
meerdere, althans een account(s) van webshop(s) en/of winkel(s) en/of (account(s)
van) website(s) toebehorende aan een of meer (onbekende) perso(o)n(en) en/of
- zeven (althans één) bots/fingerprints bevattende persoonsgegevens, te weten: initialen, namen, geboortedata, e-mailadressen, telefoonnummers, woonadressen,
postcodes, woonplaatsen, bankrekeningnummers, inloggegevens en/of wachtwoorden, van tenminste zeven, althans van een of meer personen,
heeft verworven en/of voorhanden gehad,
terwijl hij, verdachte, ten tijde van de verwerving en/of het voorhanden krijgen van
deze gegevens wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat deze door misdrijf
waren verkregen