ECLI:NL:RBROT:2025:7564
Rechtbank Rotterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake herverdeling terrasruimte voor restaurant
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 27 juni 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, die een restaurant exploiteert, had een pleinterras van 155 m², maar het college van burgemeester en wethouders heeft de beschikbare terrasruimte herverdeeld, waardoor verzoekster nu een pleinterras van 109 m² heeft toegewezen gekregen. Verzoekster is het niet eens met deze beslissing en heeft een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend, maar de voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat verzoekster niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij een spoedeisend belang heeft bij dit verzoek. Bovendien is niet gebleken dat de bestreden besluiten evident onrechtmatig zijn. Het verzoek is daarom afgewezen.
Het procesverloop begon met een brief van het college op 12 februari 2025 aan diverse ondernemers over de herverdeling van de pleinterrassen. Verzoekster, samen met twee derde partijen, diende een aanvraag in voor een pleinterras. Het college heeft op 24 april 2025 besluiten genomen over deze aanvragen, waartegen verzoekster bezwaar heeft gemaakt. Tijdens de zitting op 19 juni 2025 heeft de voorzieningenrechter het verzoek behandeld, waarbij verschillende gemachtigden aanwezig waren.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de verkleining van het pleinterras van verzoekster mogelijk leidt tot een lagere omzet, maar er zijn geen aanwijzingen dat dit op korte termijn tot financiële problemen zal leiden. Ook de stelling van verzoekster dat er conflicten kunnen ontstaan met andere horeca-ondernemers is niet voldoende onderbouwd. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat de besluiten van het college niet evident onrechtmatig zijn en heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen.