ECLI:NL:RBROT:2025:7298

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
10 juni 2025
Publicatiedatum
23 juni 2025
Zaaknummer
C/10/697649 / FA RK 25-2801
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot doorhaling akte van geboorte en aanpassing register geboorten met betrekking tot gecombineerde geslachtsnaam

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 10 juni 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot doorhaling van een akte van geboorte en het aanvullen van het lopende register met een akte die een gecombineerde geslachtsnaam zou vastleggen. De ouders van de minderjarige, geboren op [geboortedatum] 2024, hadden op 22 maart 2024 digitaal geboorteaangifte gedaan en daarbij gekozen voor een gecombineerde geslachtsnaam. Echter, deze keuze was niet correct verwerkt in de geboorteakte, waardoor alleen de geslachtsnaam van de vader was opgenomen. De ouders hebben op 15 april 2024 een akte van naamskeuze laten opmaken, maar de rechtbank oordeelde dat deze akte onterecht was opgemaakt, omdat de naamskeuze niet tijdig was gedaan volgens de wetgeving die op dat moment gold. De rechtbank heeft vastgesteld dat de wetgeving alleen de registratie van een gecombineerde achternaam toestaat voor kinderen geboren vanaf 1 januari 2024, mits dit op de dag van de geboorteaangifte gebeurt. De rechtbank heeft het verzoek afgewezen, omdat het verzoek niet voldeed aan de wettelijke vereisten en het zou leiden tot een nieuwe fout in de registratie. Desondanks heeft de rechtbank besloten dat de onterecht opgemaakte akte van naamskeuze en de latere vermelding daarvan in stand kunnen blijven, gezien het vertrouwensbeginsel. De ouders mochten erop vertrouwen dat de ambtenaar van de burgerlijke stand correct had gehandeld, en daarom blijft de situatie waarin de minderjarige geregistreerd staat met de gecombineerde geslachtsnaam ongewijzigd.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team familie
Zaaknummer / rekestnummer: C/10/697649 / FA RK 25-2801
Ovj kenmerk: [kenmerk]
Beschikking van 10 juni 2025 over akte van de burgerlijke stand
in de zaak van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,
in welke zaak belanghebbenden zijn:
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Capelle aan den IJssel, hierna: de ambtenaar,
zetelende te Capelle aan den IJssel,
en
[naam moeder], hierna: de moeder,
[naam vader], hierna: de vader en hierna gezamenlijk: de ouders,
beiden wonende te [woonplaats] .

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met bijlagen van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam, ingekomen op 08 april 2025;
  • het bericht van de officier van justitie met een bijlage, ingekomen 7 mei 2025.

2.De vaststaande feiten

2.1.
De ouders zijn gehuwd op [huwelijksdatum] te Rotterdam.
2.2.
Uit het huwelijk is geboren de minderjarige
[minderjarige], op [geboortedatum] 2024 te [geboorteplaats] .
2.3.
Van de geboorte van de [voornaam minderjarige] is door de ambtenaar van de gemeente Capelle aan den IJssel op 25 maart 2024 een akte van geboorte opgemaakt onder aktenummer [aktenummer] .
2.4.
De ouders hebben op 15 april 2024 in de gemeente Capelle aan den IJssel een akte van naamskeuze laten opmaken. Hierbij is gekozen voor de geslachtsnaam: [geslachtsnaam] . Deze akte is als latere vermelding betreffende de naamskeuze toegevoegd aan de geboorteakte van de [voornaam minderjarige] .

3.De beoordeling

3.1.
Het verzoek strekt tot doorhaling van akte nummer [aktenummer] van het register van geboorten van het jaar 2024 van de gemeente Capelle aan den IJssel met de latere vermelding betreffende naamskeuze, onder gelijktijdige aanvulling van het lopende register met een akte die zal luiden conform het bijgevoegd voorstel van de ambtenaar.
3.2.
Omdat de ouders hebben laten weten in te stemmen met het verzoek, naar de rechtbank begrijpt; omdat [voornaam minderjarige] zo zijn dubbele achternaam kan behouden, en de officier van justitie en daarmee de ambtenaar in de gelegenheid zijn gesteld hun standpunt schriftelijk te geven, kan op het verzoek zonder verdere mondelinge behandeling worden beslist.
3.3.
De officier legt aan het verzoek ten grondslag dat ouders op 22 maart 2024 digitaal geboorteaangifte hebben gedaan van [voornaam minderjarige] en daarbij hebben gekozen voor de gecombineerde geslachtsnaam: [geslachtsnaam] . Vervolgens is de geslachtsnaam niet correct opgenomen in de geboorteakte en werd alleen de geslachtsnaam [achternaam vader] opgenomen. De ambtenaar heeft ouders hiervan niet op de hoogte gebracht. Op 15 april 2024 zijn ouders naar de gemeente gekomen en hebben zij door middel van het opmaken van een akte van naamskeuze alsnog de gecombineerde geslachtsnaam ( [geslachtsnaam] ) vastgelegd. Achteraf is gebleken dat het opmaken van deze akte van naamskeuze in dit geval niet was toegestaan omdat [voornaam minderjarige] is geboren in 2024 en de naamskeuze niet is gedaan ten tijde van de geboorteaangifte maar later, namelijk op 15 april 2024. Omdat deze fout door onduidelijke informatieverstrekking, administratieve onoplettendheid en onjuist handelen vanuit de gemeente is ontstaan, wordt verzocht te bepalen dat de latere vermelding van naamskeuze niet rechtsgeldig is. Gelet op de wens van de ouders [voornaam minderjarige] een gecombineerde geslachtsnaam te geven, wordt daarnaast verzocht te bepalen dat het register van geboorten wordt aangevuld met een geboorteakte waaruit blijkt dat de naamskeuze is gedaan ten tijde van de geboorteaangifte.
3.4.
De wetgever staat de registratie van een gecombineerde achternaam voor kinderen die vanaf 1 januari 2024 zijn geboren alleen toe, uiterlijk op de dag van de geboorteaangifte. In dit geval hebben ouders elektronische geboorteaangifte gedaan op 22 maart 2024. Sinds 1 januari 2020 is deze mogelijkheid in de wet opgenomen (art. 1:19e, lid 1 BW). Bij een elektronische geboorteaangifte is het niet mogelijk direct een naamskeuze te doen. De overgangsregeling voor de keuze van een gecombineerde geslachtsnaam, waarbij wel na de geboorteaangifte nog een naamskeuze kan worden gedaan, geldt alleen voor kinderen die zijn geboren vanaf 1 januari 2016 tot en met 31 december 2023.
3.5.
De rechtbank stelt vast dat gelet op genoemde wetgeving in dit geval de akte van naamskeuze, waarbij gekozen is voor een gecombineerde geslachtsnaam, na de (digitale) geboorteaangifte én te laat en onterecht is opgemaakt. De rechtbank begrijpt dat de officier en de ambtenaar hebben gezocht naar een manier om deze fout ongedaan te maken dan wel te herstellen, maar is van oordeel dat het verzoek zoals het er nu ligt hiertoe niet kan dienen. Toewijzing van het verzoek betekent dat een nieuwe fout wordt toegevoegd aan de akte, namelijk het antidateren van een akte (met goedvinden van de rechtbank). Dit verzoek wordt daarom bij gebreke van een deugdelijke en rechtmatige grondslag afgewezen.
3.6.
De rechtbank begrijpt dat de naamskeuze is verwerkt in zowel de geboorteakte als in de Basisregistratie Personen (BRP) en dat [voornaam minderjarige] op dit moment staat geregistreerd met de door de ouders gewenste gecombineerde geslachtsnaam.
3.7.
Naar het oordeel van de rechtbank kunnen de – weliswaar onterecht opgemaakte – akte van naamskeuze en de latere vermelding betreffende naamskeuze in stand blijven gelet op het hier - in dit uitzonderlijke geval - geldende vertrouwensbeginsel. Hiertoe wordt het volgende overwogen.
3.8.
De ouders hebben vanaf de geboorte van [voornaam minderjarige] de wens gehad dat hij een gecombineerde geslachtsnaam zou krijgen. Enkele weken na de geboorte, op 15 april 2024, hebben zij dit – nogmaals – kenbaar gemaakt. Daarop heeft de gemeente Capelle aan den IJssel – zonder enig voorbehoud – een akte van naamskeuze opgemaakt en als latere vermelding betreffende de naamskeuze toegevoegd aan de geboorteakte van [voornaam minderjarige] . Ook in de BRP is de gecombineerde geslachtsnaam opgenomen en hij gaat door het leven met de gecombineerde geslachtsnaam [geslachtsnaam] . De ambtenaar van de gemeente Capelle aan den IJssel heeft door deze handeling naar het oordeel van de rechtbank bij de ouders het gerechtvaardigde vertrouwen gewekt dat zij rechtsgeldig hebben gekozen voor de gecombineerde geslachtsnaam en dat [voornaam minderjarige] de geslachtsnaam [geslachtsnaam] zou krijgen. Hierbij geldt dat de ouders mochten uitgaan van de deskundigheid van de ambtenaar en de juistheid van zijn/haar mededeling. Zij hoefden dan ook redelijkerwijs niet te begrijpen dat de akte van naamskeuze onterecht is opgemaakt en dat de naamskeuze voor de gecombineerde geslachtsnaam teruggedraaid kan worden. In dit licht bezien moeten de akte van naamskeuze en de latere vermelding betreffende de naamskeuze ongewijzigd blijven zodat de situatie waarin [voornaam minderjarige] de geslachtsnaam [geslachtsnaam] heeft, ongewijzigd blijft.

4.De beslissing

De rechtbank:
4.1.
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.C. Siemons, (kinder)rechter, en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van mr. L.M. de Witte, griffier, op 10 juni 2025.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Den Haag. Het hoger beroep kan slechts worden ingesteld door een advocaat.
Door verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden moet het hoger beroep worden ingesteld binnen drie maanden na de dag van de beschikking. Voor andere belanghebbenden geldt voor het instellen van hoger beroep een termijn van drie maanden na de betekening van de beschikking of nadat de beschikking hun op andere manier bekend is geworden.