In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 20 mei 2025, wordt de verlenging van de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen, [voornaam minderjarige 1] en [voornaam minderjarige 2], besproken. De kinderrechter heeft de zaak behandeld naar aanleiding van een verzoek van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, die de ondertoezichtstelling aanvankelijk had ingesteld. De ouders van de minderjarigen, de moeder en de vader, zijn belast met het ouderlijk gezag, maar er zijn aanzienlijke zorgen over de opvoedsituatie bij de vader, die lijdt aan smetvrees. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de vader niet ter zitting is verschenen, ondanks een oproep, en dat er geen huisbezoek bij hem heeft plaatsgevonden, wat de beoordeling van de situatie bemoeilijkt. De moeder en de stiefvader hebben hun zorgen geuit over de ontwikkeling van de kinderen en de communicatieproblemen tussen de ouders. De kinderrechter concludeert dat de ontwikkeling van de kinderen nog steeds ernstig bedreigd wordt en dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk is. De kinderrechter heeft daarom besloten de ondertoezichtstelling te verlengen voor de duur van negen maanden, tot 26 februari 2026, en heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De kinderrechter benadrukt het belang van mediation en de noodzaak voor de vader om hulpverlening te accepteren, zowel voor zichzelf als voor de kinderen.