ECLI:NL:RBROT:2025:6559
Rechtbank Rotterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van een huurwoning door dringend eigen gebruik door de verhuurder
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 20 mei 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Woonstad Rotterdam en een gedaagde huurder. Woonstad heeft de huurovereenkomst met de gedaagde opgezegd vanwege dringend eigen gebruik, omdat het appartementencomplex waarin de gedaagde woont gesloopt moet worden voor nieuwbouw. Woonstad heeft de gedaagde zes vervangende woningen aangeboden, maar de gedaagde heeft deze om verschillende redenen afgewezen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat Woonstad voldoende spoedeisend belang heeft bij de ontruiming van het appartement, aangezien de sloopwerkzaamheden kort na 31 mei 2025 beginnen. De kantonrechter heeft de vordering van Woonstad toegewezen en de gedaagde veroordeeld om het appartement uiterlijk op 31 mei 2025 te ontruimen. Tevens is de gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 958,45. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, omdat het belang van Woonstad om tijdig te kunnen slopen zwaarder weegt dan het belang van de gedaagde om de uitkomst van een eventueel hoger beroep af te wachten.