ECLI:NL:RBROT:2025:6426

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
21 mei 2025
Publicatiedatum
29 mei 2025
Zaaknummer
11/500038-07
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de tbs-maatregel met twee jaar voor ter beschikking gestelde met psychiatrische problematiek

Op 21 mei 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak van de ter beschikking gestelde [persoon X], die sinds 2008 onder dwangverpleging staat na een veroordeling voor feitelijke aanranding van de eerbaarheid. De rechtbank ontving op 28 maart 2025 een vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling. Tijdens de openbare zitting zijn de ter beschikking gestelde, zijn raadsman mr. B.J. Manspeaker, en deskundigen gehoord. De instelling adviseerde om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, gezien de aanhoudende psychiatrische problematiek, waaronder een autismespectrumstoornis en schizofrenie. De psycholoog en psychiater gaven ook adviezen, waarbij de psycholoog een verlenging adviseerde, terwijl de psychiater geen advies kon geven vanwege het ontbreken van medewerking van de ter beschikking gestelde.

De rechtbank oordeelde dat er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de ter beschikking gestelde, en dat de veiligheid van anderen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd. De rechtbank benadrukte dat de ter beschikking gestelde langdurig afhankelijk zal blijven van zorg en toezicht, en dat het recidiverisico hoog blijft. De beslissing om de terbeschikkingstelling te verlengen is genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze beslissing kan binnen veertien dagen beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 11/500038-07
Datum uitspraak: 21 mei 2025
Beslissing van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van:
[persoon X] , hierna ook: de ter beschikking gestelde,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1984,
verblijvende in Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) [naam instelling] te [plaats] , locatie [naam locatie] (de instelling),
raadsman mr. B.J. Manspeaker, advocaat te Dordrecht.

1.Inleiding

Bij vonnis van de rechtbank Dordrecht van 8 mei 2008 is de terbeschikkingstelling van [persoon X] gelast en is zijn verpleging van overheidswege (dwangverpleging) bevolen.
De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van feitelijke aanranding van de eerbaarheid, meermalen gepleegd.
De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op 24 mei 2008.
Bij beslissing van deze rechtbank van 23 mei 2023 is de terbeschikkingstelling laatstelijk verlengd met twee jaar.

2.Procesverloop

De rechtbank heeft op 28 maart 2025 van het Openbaar Ministerie (OM) een vordering ontvangen tot verlenging van de terbeschikkingstelling. De vereiste stukken zijn bijgevoegd dan wel later toegezonden.
De vordering is op de openbare terechtzitting van 21 mei 2025 behandeld. De officier van justitie mr. J.B. Wooldrik, de ter beschikking gestelde, bijgestaan door zijn raadsman, en als deskundige [persoon A] , als hoofd behandeling werkzaam bij de instelling, zijn gehoord.

3.Adviezen

Advies instelling
De instelling adviseert in het rapport, gedateerd 14 maart 2025, de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren.
Bij de ter beschikking gestelde is sprake van een autismespectrumstoornis, schizofrenie en verslavingsgevoeligheid vanaf jonge leeftijd. Sinds september 2024 is door een medicatiewijziging (Quetiapine vervangen door Valproïnezuur) een afname te zien in zijn spanningsuitspattingen. Hierdoor werd het mogelijk de verloven te hervatten. Door
exposuretherapie krijgt hij zijn dwanghandelingen steeds beter onder controle. Verder volgt hij psychomotorische therapie en sport ter ontlading en om lichaamssignalen te leren opmerken en (her)kennen. Dit vergroot zijn zelfinzicht. Ondanks de licht positieve behandellijn was sprake van een grote belasting op het behandelteam en zijn groepsgenoten, waardoor de ter beschikking gestelde op 23 januari 2024 is overgeplaatst naar de semi-individuele afdeling [naam afdeling 1] . Hij lijkt gebaat bij de bejegening op deze afdeling, want er is een afname in spanningen gezien en een verbetering van zijn impulscontrole. Er wordt toegewerkt naar uitstroming richting de Forensisch Psychiatrische Afdeling [naam afdeling 2] . Deze plek sluit naar verwachting beter aan bij zijn autismeproblematiek. [naam afdeling 2] staat positief tegenover plaatsing onder een aantal voorwaarden (geen overlast veroorzaken, geen vernielingen aanbrengen en niet stelen). Gezien de chronische psychiatrische problematiek, de beperkte coping vaardigheden en beperkte draagkracht van de ter beschikking gestelde is de verwachting dat hij langdurig afhankelijk blijft van (gedwongen) zorg, toezicht en extern risicomanagement om het recidiverisico te beteugelen. Bij het wegvallen van de maatregel wordt het recidiverisico ingeschat als hoog, zodat continuering van het huidige kader aangewezen blijft.
Advies psychiater
Psychiater [persoon B] concludeert in het rapport, gedateerd 6 april 2025, dat geen advies mogelijk is omdat de psychiater de ter beschikking gestelde niet zelf heeft kunnen onderzoeken. De ter beschikking gestelde weigerde hieraan zijn medewerking te verlenen.
Advies psycholoog
Psycholoog [persoon C] adviseert in het rapport, gedateerd 5 mei 2025, de termijn van de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren.
De psycholoog ziet dat de autismespectrumstoornis binnen het functioneren van de ter beschikking gestelde wat centraler staat dan de schizofrenie. Op basis van de seksuele risicotaxatie-instrumenten is sprake van een hoog risicoprofiel, maar dit kan niet worden onderbouwd of uitgesloten. Het risico neemt in ieder geval toe wanneer hij zijn medicatie niet gebruikt, in toenemende mate psychotisch decompenseert en ontheemd in de maatschappij terechtkomt zonder toezicht. Zeker bij het gebruik van cannabis en alcohol is de ter beschikking gestelde kwetsbaar om af te glijden tot een zwervend bestaan. Er is nog niet getoetst of nog sprake is van een substantieel risico op nieuwe seksuele delicten, omdat de ter beschikking gestelde nog niet voor langere tijd met toenemende vrijheden in de maatschappij heeft verbleven. De komende periode wordt overplaatsing naar de [naam afdeling 2] geëffectueerd en bezien wordt of in de toekomst sprake kan zijn een verdere afname van zorg- en risicomanagement. Daarbij zal goed moeten worden gelet op het risicomanagement vanwege eerdere terugvallen in middelengebruik bij toenemende vrijheden. Er kan niet worden verwacht dat de maatregel over een jaar voorwaardelijk kan worden beëindigd. Twee eerdere resocialisatiepogingen strandden.
Op de terechtzitting gegeven adviezen
De deskundige [persoon A] heeft het advies van de instelling op de terechtzitting toegelicht. Hij heeft onder meer – zakelijk weergegeven – verklaard dat inmiddels departementale toestemming is verleend voor overplaatsing naar [naam afdeling 2] . Het is nog niet bekend wanneer de ter beschikking gestelde kan verhuizen. Daarnaast is goedkeuring gegeven voor uitbreiding van de onbegeleide verloven, waardoor hij straks regionaal en gedeeltelijk landelijk onbegeleid verlof kan praktiseren. Op [naam afdeling 1] wordt geoefend met de voorwaarden die [naam afdeling 2] stelt waarbij steeds zal worden getoetst of dit goed gaat. Over het algemeen is dat tot nu toe het geval, af en toe is sprake van een kleine terugslag doordat de ter beschikking gestelde spanning ervaart waarbij hij bijvoorbeeld tegen de verwarming trapt. De indruk bestaat dat op dit moment een psychiatrisch evenwicht is bereikt van waaruit meer prikkels en vrijheden kunnen worden getoetst.

4.Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.
Standpunt van de ter beschikking gestelde
De ter beschikking gestelde en de raadsman hebben zich niet verzet tegen verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling.

5.Beoordeling

Op grond van de adviezen van deskundigen en wat verder naar voren is gekomen op de terechtzitting is de rechtbank van oordeel dat:
- er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de ter beschikking gestelde;
- de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd.
Bij de ter beschikking gestelde is sprake van chronische psychiatrische problematiek, bestaande uit een autismespectrumstoornis, schizofrenie en stoornissen in middelengebruik.
Doordat hij tijdens eerdere resocialisatietrajecten tweemaal vroegtijdig is teruggevallen, kon nog niet worden getoetst of het, statistisch gezien, hoge recidiverisico nog actueel is. Bij die stand van zaken kan de rechtbank niet anders dan uitgaan van de statistische kans, zodat ervan wordt uitgegaan dat het recidiverisico nog altijd hoog is.
Door een medicatiewijziging lijkt inmiddels een balans te zijn gevonden in de psychiatrische toestand van de ter beschikking gestelde, waardoor geoefend kan worden met verlofuitbreidingen. Daarnaast wacht hij op een plek bij [naam afdeling 2] , die mogelijk beter past bij zijn autismeproblematiek. De instelling verwacht dat de ter beschikking gestelde langdurig afhankelijk zal blijven van (gedwongen) zorg. De komende twee jaar zal moeten blijken hoe de ter beschikking gestelde omgaat met de toegenomen vrijheden en verloven en of de huidige instelling op medicatie ervoor kan zorgen dat toegewerkt kan worden naar meer vrijheden en/of een lager beveiligingsniveau.
De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging gaat door de verlenging een periode van vier jaar te boven. Verlenging is niettemin mogelijk, omdat de terbeschikkingstelling is opgelegd voor misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen, te weten feitelijke aanranding van de eerbaarheid.

6.Beslissing

De rechtbank:
verlengtde termijn van de terbeschikkingstelling met
2 (twee)jaren.
Deze beslissing is genomen door
mr. drs. K.Th. van Barneveld, voorzitter,
en mrs. H.J. de Kraker en H.C. van Vuren, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. J.D. Schmahl, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting.
Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.