4.3.Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1
primair
hij, op 18 november 2022 te Rotterdam, als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een voertuig (personenauto), zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door met dat voertuig roekeloos, te rijden op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de Hoofdweg, welk rijgedrag hierin heeft bestaan dat hij, verdachte toen daar,
- in strijd met de tijdelijke verkeersmaatregelen (negeren afzettingen en geleidebakens en borden Cl) over het aan zuidelijke zijde van de Hoofdweg ingerichte tijdelijke (brom)fiets-, voetgangerspad heeft gereden en vervolgens
- met een snelheid heeft gereden die gelet op de omstandigheden te weten een tijdelijke (brom)fiets-, voetgangerspad te hoog was en vervolgens
- in botsing of aanrijding is gekomen met een tegemoetkomende bromfiets en bestuurder van een bromfiets, genaamd [slachtoffer], waarbij die [slachtoffer] ten val is gekomen,
zulks terwijl hij, verdachte, dat voertuig heeft bestuurd onder invloed van drugs,
waardoor die [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel, te weten een gebroken heup en een heup uit de kom en een gescheurde knie- en kruisband en afgesplinterde kuitbeen en scheurwond op het voorhoofd, werd toegebracht
2
hij, op 18 november 2022 te Rotterdam, als bestuurder van een voertuig (personenauto), dit voertuig heeft bestuurd, terwijl hij verkeerde onder zodanige invloed van een stof, te weten cocaïne, waarvan hij wist , dat het gebruik daarvan de rijvaardigheid kon verminderen, dat hij niet tot behoorlijk besturen in staat moest worden geacht.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.