ECLI:NL:RBROT:2025:6208

• Datum uitspraak: 21 mei 2025
• Publicatiedatum: 26 mei 2025
• Zaaknummer: 11558201 VZ VERZ 25-1077
• Instantie: Rechtbank Rotterdam
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht; Arbeidsrecht
• Procedures: Beschikking
• Rechters: G.A. Vriezen
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Opvolgend werkgeverschap en achterstallig loon in een arbeidsgeschil

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 21 mei 2025 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen [verzoeker] en AE-G Horeca B.V. [verzoeker] heeft op 21 februari 2025 een verzoekschrift ingediend, waarin hij verzoekt om te verklaren dat er op grond van opvolgend werkgeverschap een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd bestaat. Daarnaast vraagt hij AE-G Horeca te veroordelen om hem toe te laten tot de overeengekomen werkzaamheden en om achterstallig loon te betalen, inclusief salarisspecificaties. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat het verzoekschrift niet de juiste procesvorm is, aangezien een dagvaarding vereist is voor de gevraagde vorderingen. De kantonrechter heeft [verzoeker] de gelegenheid gegeven om AE-G Horeca alsnog met een exploot door de deurwaarder op te roepen, en heeft bepaald dat de procedure als dagvaardingsprocedure zal worden voortgezet. Indien [verzoeker] niet tijdig een oproepingsexploot indient, zal hij niet ontvankelijk worden verklaard in zijn verzoek, en zal de zaak niet inhoudelijk worden beoordeeld. De kantonrechter heeft de zaak verwezen naar de rolzitting op 5 juni 2025, waar [verzoeker] AE-G Horeca moet oproepen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam

zaaknummer: 11558201 VZ VERZ 25-1077

datum uitspraak: 21 mei 2025

Beschikking van de kantonrechter

in de zaak van

[verzoeker] ,

woonplaats: [woonplaats] ,

verzoeker,

gemachtigde: mr. B. Özates,

tegen

AE-G Horeca B.V. ,

vestigingsplaats: Rotterdam,

verweerster,

die niet is verschenen.

De partijen worden hierna ‘ [verzoeker] ’ en ‘AE-G Horeca’ genoemd.

1. De beoordeling

1.1.

Op 21 februari 2025 heeft de rechtbank van [verzoeker] een verzoekschrift ontvangen en op 9 mei 2025 een aanvullend/gewijzigd verzoekschrift. Daarin vraagt [verzoeker] de kantonrechter om voor recht te verklaren dat op grond van opvolgend werkgeverschap een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd tussen partijen bestaat, vraagt hij AE-G Horeca te veroordelen om hem toe te laten tot de overeengekomen werkzaamheden c.q. passende arbeid en vraagt hij AE-G Horeca te veroordelen (achterstallig) loon te betalen en salarisspecificaties aan hem te verstrekken. Dat kan niet met een verzoekschrift, maar moet met een dagvaarding (artikel 78 Rv). [verzoeker] heeft dus een verkeerd processtuk gebruikt.

1.2.

De kantonrechter geeft [verzoeker] de gelegenheid om AE-G Horeca alsnog met een exploot door de deurwaarder te laten oproepen (artikel 45 Rv). Ook bepaalt de kantonrechter dat de procedure wordt voorgezet als dagvaardingsprocedure. [verzoeker] mag zijn stellingen aanpassen aan de regels die gelden voor die procedure (artikel 69 Rv).

1.3.

Als de kantonrechter op de datum die hierna bij 2.1 van de beslissing staat geen oproepingsexploot van [verzoeker] heeft ontvangen, wordt [verzoeker] niet ontvankelijk verklaard in zijn verzoek. De zaak wordt dan niet inhoudelijk beoordeeld.

2. De beslissing

De kantonrechter:

2.1.

verwijst de zaak naar de rolzitting van
donderdag 5 juni 2025 om 11.30 uur waarvoor [verzoeker] AE-G Horeca met een exploot moet oproepen;

2.2.

bepaalt dat de procedure wordt voortgezet volgens de regels die gelden voor de dagvaardingsprocedure;

2.3.

houdt iedere verdere beslissing aan.

Deze beschikking is gegeven door mr. G.A. Vriezen en in het openbaar uitgesproken.

44487