ECLI:NL:RBROT:2025:604
Rechtbank Rotterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Huurgeschil over gedogen van herstelwerkzaamheden en tijdelijke ontruiming in kort geding
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 15 januari 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Woonstad Rotterdam en een gedaagde partij die niet is verschenen. Woonstad, vertegenwoordigd door mr. Y.F. Rijswijk, heeft een spoedeisend belang gesteld in verband met een lekkage die al sinds maart 2024 aanwezig is bij de onderburen van de gedaagde. De lekkage is veroorzaakt door gescheurde voegen van het balkon van de gedaagde, wat op 11 september 2024 is vastgesteld. Woonstad heeft herhaaldelijk geprobeerd om afspraken te maken met de gedaagde voor herstelwerkzaamheden, maar de gedaagde heeft hieraan geen medewerking verleend.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat Woonstad recht heeft op toegang tot de woning van de gedaagde voor verder onderzoek en herstelwerkzaamheden. De rechter heeft de gedaagde verplicht om medewerking te verlenen aan deze werkzaamheden en, indien zij hieraan geen medewerking verleent, te worden ontruimd gedurende de werkzaamheden. De proceskosten zijn toegewezen aan de gedaagde, die in totaal € 944,72 moet betalen aan Woonstad. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ook als de gedaagde in hoger beroep gaat.