Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair en onder 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van vier maanden waarvan één maand voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren en een onvoorwaardelijke ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van één jaar, ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een geldboete van € 350,-, ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde.
4.Waardering van het bewijs
primair
5.Strafbaarheid feiten
overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeersweg 1994, terwijl het een ongeval betreft waardoor een ander wordt gedood en waardoor een ander zwaar lichamelijk letsel wordt toegebracht;
2.overtreding van artikel 107, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) maanden;
geldboete van € 350,00 (driehonderdvijftig euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door
7 (zeven) dagen hechtenis.