2.12.De inhoud van de mail- en appberichten biedt naar het oordeel van de kantonrechter onvoldoende bewijs voor de stelling dat [verzoeker] een gemaakte afspraak om het contract met Dordtech te sluiten op naam van H2holland heeft geschonden. De relevante omstandigheden die tot dit oordeel leiden, zijn de volgende:
[verzoeker] heeft tijdens de arbeidsovereenkomst eerder een aanbesteding voor H2holland aangetrokken, waarbij H2holland aan H2holland Ukraine een aanzienlijke commissie heeft aangeboden, zo blijkt uit de door [verzoeker] als productie 6 bij verzoekschrift overgelegde e-mail van [persoon B] aan hem van 2 juli 2023;
H2holland was al ruim vóór 10 september 2024 op de hoogte van het bestaan van H2holland Ukraine als handelsnaam. [persoon B] noemt een betaling aan ‘existing H2holland Ukraine’ in de hiervoor genoemde e-mail van 2 juli 2023;
Partijen waren voordat Dordtech in beeld kwam al in gesprek over een beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [persoon B] namens H2holland verklaard dat hij [verzoeker] na beëindiging van de arbeidsovereenkomst wilde helpen om zelf verder te gaan;
[verzoeker] heeft [persoon B] om advies gevraagd toen hij in contact kwam met Dordtech. [verzoeker] heeft daarbij een e-mail van hemzelf aan Dordtech van 28 augustus 2024 aan [persoon B] toegestuurd. In de e-mail van [verzoeker] aan Dordtech wordt [verzoeker] zelf als ‘mediator’ genoemd en wordt benoemd dat [verzoeker] een fee zal ontvangen van Dordtech. [verzoeker] vraagt aan [persoon B] :
“Please, advice me about the turbine sale mediation conditions. Negotiations with client are supposed to be next week, and before that I want to stand on legal rails with that guys.”[persoon B] heeft hierop gereageerd dat dit ‘illegal’ zou zijn en stelt voor om de week erna samen een overleg met Dordtech te hebben. Wat er ‘illegal’ aan het voorstel van [verzoeker] aan Dordtech zou zijn, wordt niet toegelicht.
Op 3 september 2024 heeft [persoon B] een blanco model-geheimhoudingsovereenkomst en het briefpapier van H2holland aan [verzoeker] gemaild. [persoon B] vraagt daarna per Whatsapp of [verzoeker] met de geheimhoudings-overeenkomst uit de voeten kan en hoe het ervoor staat met Dordtech. Als [verzoeker] meldt dat hij het contract met Dordtech heeft gesloten, maar niet de geheimhoudingsovereenkomst heeft laten tekenen, reageert [persoon B] met onder meer de tekst ‘ really hope you did not sign it as a private person’. Of [persoon B] de geheimhoudingsovereenkomst en het briefpapier van H2holland aan [verzoeker] toestuurde in het kader van een op te stellen contract op naam van H2holland blijkt niet uit het berichtenverkeer.