Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot jeugddetentie voor de duur van 266 dagen met aftrek
4.Waardering van het bewijs
zijnbinnengedrongen met
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
€ 3.000,00, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld. Ook wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht. Gelet op de jeugdige leeftijd van de verdachte zal geen gijzeling worden toegepast.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
voor de duur van 260 (tweehonderdzestig) dagen;
60 (zestig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
€ 3.000,- (zegge: drieduizend euro),bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 29 september 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoeding op, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 3.000,-(hoofdsom,
zegge: drieduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 september 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op
0 (nul) dagen;