Op 1 april 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan winkeldiefstal. De verdachte, geboren in 1987 en ten tijde van de zitting preventief gedetineerd, heeft op 9 december 2024 in Rotterdam zeven flessen Robijn wasverzachter en een blikje bier gestolen van Dirk van den Broek. De officier van justitie heeft bewezenverklaring van het ten laste gelegde geëist, evenals de oplegging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD-maatregel) voor de duur van twee jaren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft bekend en dat er geen verweer is gevoerd dat tot vrijspraak zou leiden. De rechtbank heeft de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het is begaan en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in overweging genomen. De verdachte heeft een strafblad met eerdere veroordelingen voor soortgelijke feiten en er zijn zorgen over zijn verslaving aan cocaïne en alcohol. De reclassering heeft geadviseerd om een onvoorwaardelijke ISD-maatregel op te leggen, gezien het hoge recidiverisico. De rechtbank heeft geoordeeld dat aan de wettelijke eisen voor de ISD-maatregel is voldaan en heeft de verdachte veroordeeld tot een ISD-maatregel van twee jaren, zonder dat de duur van de voorlopige hechtenis in mindering wordt gebracht.