Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 19 februari 2025, met bijlagen;
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van [gedaagde].
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft Stenen Beheer Groep B.V. een kort geding aangespannen tegen een gedaagde, die in een woning verblijft waarvoor Stenen Beheer de verhuurder is. De eiseres vordert ontruiming van de woning en betaling van een huurachterstand. De kantonrechter heeft geoordeeld dat het niet aannemelijk is dat in een bodemprocedure zal worden geoordeeld dat de gedaagde de woning moet verlaten, omdat er aanwijzingen zijn dat de gedaagde een onderhuurovereenkomst heeft met een derde partij. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde sinds 2016 huurt en dat er onderhoudsgebreken zijn aan de woning, waardoor deze nagenoeg onbewoonbaar is. De vordering tot ontruiming is afgewezen, evenals de vordering tot betaling van de huurachterstand, omdat de hoogte van de achterstand onduidelijk is en de gedaagde zich beroept op opschorting van de huurbetalingen wegens deze gebreken. De proceskosten zijn voor rekening van Stenen Beheer, omdat zij ongelijk heeft gekregen.