Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding, met producties,
- de conclusie van antwoord, met producties,
- de brief van de rechtbank van 15 oktober 2024 met daarin een oproep voor de mondelinge behandeling,
- het e-mailbericht van de rechtbank van 29 oktober 2024 met daarin een zittingsagenda,
- de op 4 december 2024 gehouden mondelinge behandeling,
- de spreekaantekeningen van mr. Romet.
2.De feiten
3.De vordering
- voor recht te verklaren (1) dat de algemene voorwaarden waar ABN AMRO zich op beroept op juiste gronden buitengerechtelijk zijn vernietigd en (2) dat ABN AMRO toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen en daarom aansprakelijk is voor de door [eiser] geleden schade,
- ABN AMRO te veroordelen om aan [eiser] te betalen € 33.000,-, vermeerderd met de door [eiser] geleden schade zijnde de betaalde verzekeringspremie en wegenbelasting van € 4.548,39 respectievelijk € 994,-, vermeerderd met een bedrag van € 8.558,26 aan wettelijke rente tot aan de datum van dagvaarding, vermeerderd met € 1.160,42 aan buitengerechtelijke incassokosten zijnde een bedrag van € 1.160,42-, aldus in totaal een bedrag van € 48.261.07,
- ABN AMRO te veroordelen om aan [eiser] te betalen de wettelijke rente over € 48.261,07 tot aan de dag van algehele voldoening,
- ABN AMRO te veroordelen om aan [eiser] te betalen € 9.650, vermeerderd met € 2.282,81 aan wettelijke rente, vermeerderd met € 857,50 aan buitengerechtelijke kosten, aldus in totaal € 12.789,31,
- ABN AMRO te veroordelen om aan [eiser] te betalen de wettelijke rente over € 12.789,31 tot aan de dag van algehele voldoening,
4.De beoordeling
Aanschafwaarde auto als basis voor dekking?
‘vervangingswaarde + 10% hiervan’. Uit de ook in die polisvoorwaarden opgenomen begrippenlijst volgt dat als de vervangingswaarde plus 10% lager is dan de dagwaarde, de uitkering wordt bepaald op basis van die dagwaarde. Uit de begrippenlijst volgt verder dat het bij zowel de vervangingswaarde als de dagwaarde gaat om het bedrag dat nodig is om de auto direct voor de schade te vervangen door een gelijke auto in dezelfde toestand, met dien verstande dat voor de vervangingswaarde is bepaald dat hiervoor de ANWB/Bovag-koerslijst wordt gevolgd (hierna wordt, tenzij anders aangegeven, steeds gesproken van ‘vervangingswaarde’, waarmee dan tevens de dagwaarde wordt bedoeld). [eiser] heeft op zichzelf niet betwist dat in het polisblad de polisvoorwaarden van ABN AMRO op de verzekeringsovereenkomst van toepassing zijn verklaard en evenmin dat uit die polisvoorwaarden de door ABN AMRO gestelde uitkomst van het stroomschema volgt, maar [eiser] heeft wel de vernietigbaarheid van de polisvoorwaarden ingeroepen (artikel 6:233 aanhef en onder b BW) omdat deze volgens hem niet ter hand zijn gesteld in de zin van artikel 6:234 BW. Om die reden kan volgens [eiser] de vervangingswaarde van de auto niet als uitgangspunt worden gebruikt voor het vaststellen van de hoogte van de schade-uitkering.
- Richtlijn 2016/97, de Richtlijn financiële diensten, de Richtlijn herroepingsrecht en de Richtlijn Sanctiemodel essentiële informatieplichten,
- de artikelen 4:20 en 4:25 Wft,
- de paragrafen 8.1.1, 8.1.4, 8.1.6 en 8.1.7 van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen,
- de artikelen 57, 65b, 66b, 68b, 77 en 78 van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen,
- de Gedragscode Verzekeraars 2018 van het Verbond van Verzekeraars heeft geschonden,
- artikel 6:193e BW.
welzou hebben gelezen in de situatie waarin ABN AMRO haar informatieverplichtingen zou hebben nageleefd. Tussen de eventuele fout en de schade van [eiser] mist dus het noodzakelijke causaal verband.
salaris advocaat (2 punten × tarief IV van € 1.183)
griffierecht