ECLI:NL:RBROT:2025:4026
Rechtbank Rotterdam
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag eenmalige energietoeslag 2023 door Avres
Op 20 januari 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en het Dagelijks Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Avres. Eiseres had een aanvraag ingediend voor de eenmalige energietoeslag 2023. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard. Het was niet in geschil dat het netto-inkomen van eiseres ten tijde van de aanvraag hoger was dan de geldende inkomensgrens voor de energietoeslag. Hierdoor was Avres bevoegd om de aanvraag af te wijzen op basis van de Beleidsregels van Avres.
Eiseres heeft een beroep gedaan op de hardheidsclausule, artikel 5 van de Beleidsregels, die stelt dat in uitzonderlijke gevallen een betrokkene alsnog in aanmerking kan komen voor de energietoeslag indien dringende redenen aanwezig zijn. De rechtbank oordeelde echter dat eiseres niet had aangetoond dat er sprake was van dringende redenen. Het feit dat eiseres in 2023 slechts in elf maanden inkomen had genoten, werd als onvoldoende beschouwd om aan de voorwaarden van de hardheidsclausule te voldoen.
De rechtbank heeft de uitspraak onmiddellijk na sluiting van het onderzoek ter zitting gedaan. Eiseres krijgt geen terugbetaling van het griffierecht en ook geen vergoeding van de proceskosten. Partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan tegen deze mondelinge uitspraak. De uitspraak is openbaar uitgesproken door rechter S. Veling, in aanwezigheid van griffier R.P. Evegaars.