In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 februari 2025 een beschikking gegeven over de wijziging van een onderhoudsbijdrage. De verzoeker, GNG Bewindvoering B.V., fungeert als bewindvoerder van de man, die onder beschermingsbewind staat. De vrouw en de jongmeerderjarigen zijn verweerders in deze procedure. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man sinds 19 april 2018 onder beschermingsbewind staat en dat zijn financiële situatie is veranderd door de toekenning van een bijstandsuitkering. De verzoeker heeft verzocht om de onderhoudsbijdrage te wijzigen, omdat de man niet in staat is om de eerder overeengekomen bijdrage te betalen. Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat een van de jongmeerderjarigen inmiddels zelf in zijn onderhoud kan voorzien, wat de onderhoudsplicht van de man ten aanzien van deze jongmeerderjarige beëindigt. De rechtbank heeft de onderhoudsbijdragen gewijzigd en vastgesteld op € 25,- per maand voor de vrouw en € 25,- per maand voor de jongmeerderjarige 2, met ingang van de datum van de beschikking. De rechtbank heeft ook bepaald dat elke partij zijn eigen proceskosten draagt.