In deze huurzaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 28 februari 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Pensioenfonds Rail & Openbaar Vervoer en een gedaagde die zelf procedeert. De eiseres, Pensioenfonds, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de bedrijfsruimte vanwege een huurachterstand van € 7.625,01 tot en met november 2024. De kantonrechter heeft de vorderingen van Pensioenfonds gedeeltelijk toegewezen. De huurachterstand is vastgesteld op € 7.625,01, en de gedaagde is veroordeeld tot betaling van dit bedrag, evenals een gematigde boeterente van € 1.000,-. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de ontbinding van de huurovereenkomst gerechtvaardigd is, gezien de huurachterstand van meer dan drie maanden. De ontruimingstermijn is vastgesteld op veertien dagen na betekening van het vonnis. Daarnaast is de gedaagde aansprakelijk voor schadevergoeding op te maken bij staat en zijn de incassokosten toegewezen tot het wettelijke tarief. De proceskosten zijn eveneens voor rekening van de gedaagde, die ongelijk heeft gekregen in deze procedure. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.