ECLI:NL:RBROT:2025:2961

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
3 januari 2025
Publicatiedatum
5 maart 2025
Zaaknummer
11374254 VZ VERZ 24-9227
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopig getuigenverhoor in letselschadezaak tegen restaurant

In deze zaak heeft de verzoeker, woonachtig in Hoogvliet, een verzoek ingediend voor een voorlopig getuigenverhoor tegen Hkiki Food B.V., gevestigd in Rotterdam. De verzoeker stelt dat hij op 7 april 2023 letsel heeft opgelopen in het restaurant van Hkiki Food, toen een ober een kan heet water op een wiebelige tafel plaatste, waardoor de kan omviel en heet water over de verzoeker heen viel. Hkiki Food heeft de aansprakelijkheid voor de schade afgewezen. De verzoeker heeft, om de toedracht van het incident en de aansprakelijkheid vast te stellen, verzocht om een voorlopig getuigenverhoor, waarbij hij zelf en enkele getuigen gehoord moeten worden. De kantonrechter heeft het verzoek toegewezen, aangezien Hkiki Food niet op het verzoekschrift heeft gereageerd en het verzoek voldoende onderbouwd is. De kantonrechter heeft bepaald dat de verzoeker het verzoekschrift en de beschikking aan Hkiki Food moet laten betekenen of aangetekend moet versturen. Tevens is er een planning gemaakt voor het getuigenverhoor, waarbij de partijen en getuigen hun beschikbaarheid moeten doorgeven voor de maanden april tot en met juli 2025. De beschikking is gegeven door de kantonrechter en in het openbaar uitgesproken op 3 januari 2025.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11374254 VZ VERZ 24-9227
datum uitspraak: 3 januari 2025
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker],
woonplaats: Hoogvliet,
verzoeker,
gemachtigde: mr. C.M. Díaz,
tegen
Hkiki Food B.V.,
vestigingsplaats: Rotterdam,
verweerster,
die niet in de procedure is verschenen.
De partijen worden hierna ‘ [verzoeker] ’ en ‘Hkiki Food’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit het verzoekschrift (ontvangen op 28 oktober 2024), met bijlagen.
1.2.
Hoewel daartoe in de gelegenheid gesteld, heeft Hkiki Food niet op het verzoekschrift gereageerd.

2.De beoordeling

Waar gaat de zaak over?
2.1.
[verzoeker] stelt dat hij op 7 april 2023 tijdens een bezoek aan het restaurant Hkiki Food letsel heeft opgelopen. Een ober heeft een kan heet water op de tafel waar [verzoeker] aan zat gezet, zonder te controleren of de tafel stabiel stond. Op het moment dat de ober de kan op tafel zette, begon de tafel te wiebelen waardoor de kan omviel. Als gevolg daarvan kreeg [verzoeker] heet water over zich heen. [verzoeker] heeft Hkiki Food als werkgever van de betreffende medewerker aansprakelijk gesteld voor de geleden en nog te lijden schade. Hkiki Food heeft de aansprakelijkheid afgewezen.
2.2.
Om de toedracht van het incident en de aansprakelijkheid in rechte te laten vaststellen, heeft [verzoeker] verzocht om een voorlopig getuigenverhoor als bedoeld in artikel 186 (oud) Rv te laten plaatsvinden, waarbij dan in elk geval [verzoeker] zelf, [persoon A] , [persoon B] en [persoon C] gehoord kunnen worden.
De kantonrechter beveelt een voorlopig getuigenverhoor
2.3.
Omdat het verzoek al aanhangig was vóór 1 januari 2025, blijven de bepalingen met betrekking tot het voorlopig getuigenverhoor zoals deze golden tot die datum van toepassing. De kantonrechter beveelt een voorlopig getuigenverhoor op grond van artikel 186 (oud) Rv. [verzoeker] heeft hierom gevraagd en dit verzoek voldoende onderbouwd. Hkiki Food heeft niet laten weten hiertegen bezwaar te hebben.
[verzoeker] moet het verzoekschrift en deze beschikking laten betekenen of aangetekend versturen
2.4.
[verzoeker] moet het verzoekschrift en deze beschikking uiterlijk op
donderdag 23 januari 2025door de deurwaarder aan Hkiki Food laten betekenen of aangetekend naar Hkiki sturen. Dit is nodig omdat Hkiki niet in de procedure is verschenen (artikelen 188 lid 1 en 190 lid 1 (oud) Rv).
Plannen getuigenverhoor
2.5.
Bij het plannen van het getuigenverhoor wil de kantonrechter zoveel mogelijk rekening houden met de agenda van de partijen en de getuige(n). Daarom wordt nu eerst gevraagd de kantonrechter uiterlijk op
vrijdag 7 februari 2025te laten weten op welke ochtenden en/of middagen in de maanden april, mei, juni en juli 2025 de partijen en de getuigen echt niet naar een zitting kunnen komen. Ook wil de kantonrechter graag de e-mailadressen van de partijen ontvangen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
beveelt een voorlopig getuigenverhoor;
3.2.
bepaalt dat de partijen uiterlijk op
vrijdag 7 februari 2025:
  • moeten laten weten op welke ochtenden/middagen in de maanden april, mei, juni en juli 2025 zij en de getuigen echt niet naar een zitting kunnen komen;
  • hun e-mailadres moeten opgeven.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.M. van Kalmthout en in het openbaar uitgesproken.
62828