ECLI:NL:RBROT:2025:2958

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 januari 2025
Publicatiedatum
5 maart 2025
Zaaknummer
11358405 CV EXPL 24-25911
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling koopsom afgewezen wegens gebrek aan bewijs van levering

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 17 januari 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen Alektum Capital II AG en een gedaagde, die zelf procedeert. De eiseres, Alektum, vorderde betaling van een koopsom van € 23,44 voor twee Elektric Air Diffusers die de gedaagde online had besteld bij Wish.com. De gedaagde betwistte echter dat de goederen aan hem waren geleverd en weigerde te betalen. De kantonrechter moest beoordelen of de vordering van Alektum tot betaling van de factuur opeisbaar was.

De kantonrechter oordeelde dat Alektum niet had aangetoond dat de Elektric Air Diffusers daadwerkelijk aan de gedaagde waren geleverd. De bewijslast lag bij Alektum, maar zij kon geen afleverbewijs overleggen en de enkele stelling dat de goederen naar het adres van de gedaagde waren verstuurd, was onvoldoende. De kantonrechter concludeerde dat de vordering van Alektum niet opeisbaar was en wees de eis af.

Daarnaast wees de kantonrechter ook de vorderingen van Alektum voor buitengerechtelijke incassokosten en rente af, omdat de hoofdsom was afgewezen. De proceskosten werden aan de zijde van de gedaagde begroot op € 50,00, die Alektum moest vergoeden. Dit vonnis benadrukt het belang van bewijsvoering in civiele zaken, vooral in geschillen over leveringen en betalingen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11358405 CV EXPL 24-25911
datum uitspraak: 17 januari 2025
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Alektum Capital II AG,
vestigingsplaats: Zug (Zwitserland),
eiseres,
gemachtigde: [persoon A] ,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: Rotterdam,
gedaagde,
die zelf procedeert.
De partijen worden hierna ‘Alektum’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 2 oktober 2024, met bijlagen;
  • het antwoord, met één bijlage;
  • de repliek, met bijlagen;
  • de dupliek.

2.De beoordeling

Waar gaat de zaak over?
2.1.
Op 16 oktober 2020 heeft [gedaagde] online bij Wish.com twee Elektric Air Diffusers gekocht. De factuur voor deze bestelling van een totaalbedrag van € 23,44 heeft [gedaagde] , ondanks diverse aanmaningen, niet betaald. Wish.com heeft haar vordering op [gedaagde] van € 23,44 middels cessie aan Klarna Bank AB overgedragen, die op haar beurt de vordering middels cessie aan Alektum heeft overgedragen. Alektum eist daarom in deze procedure dat [gedaagde] wordt veroordeeld om een bedrag van € 23,44 aan haar te betalen. Omdat [gedaagde] niet op tijd heeft betaald, eist Alektum dat [gedaagde] ook een vergoeding voor de buitengerechtelijke incassokosten en de wettelijke rente moet betalen. [gedaagde] is het niet eens met de eis van Alektum. Volgens [gedaagde] zijn de twee Elektric Air Diffusers namelijk nooit aan hem geleverd.
2.2.
De kantonrechter wijst de eis van Alektum af. Hieronder wordt toegelicht hoe de kantonrechter tot dit oordeel is gekomen.
[gedaagde] hoeft de factuur (nog) niet te betalen
2.3.
De kantonrechter moet beoordelen of [gedaagde] de factuur van € 23,44 aan Alektum moet betalen. Vast staat dat [gedaagde] een koopovereenkomst is aangegaan met Wish.com. Tussen partijen is in geschil of de twee Elektric Air Diffusers door Wish.com aan [gedaagde] zijn geleverd. [gedaagde] betwist stellig dat hij de Elektric Air Diffusers heeft ontvangen. Volgens [gedaagde] hoeft hij de factuur niet te betalen zolang de Elektric Air Diffusers niet aan hem zijn geleverd. De kantonrechter begrijpt hieruit dat de opeisbaarheid van de vordering van Alektum door [gedaagde] wordt betwist.
2.4.
Uit de door Alektum overgelegde algemene voorwaarden en de door [gedaagde] overgelegde uitdraai van de website van Klarna, volgt dat de factuur voor de bestelling pas betaald hoeft te worden zodra de gekochte goederen ontvangen zijn. Dit betekent dat de vordering van Alektum tot betaling van de factuur niet opeisbaar is zolang de Elektric Air Diffusers niet aan [gedaagde] zijn geleverd.
2.5.
De stelplicht en bewijslast van de stelling dat de Elektric Air Diffusers aan [gedaagde] zijn geleverd en dat de vordering van Alektum daarom opeisbaar is, ligt bij Alektum (artikel 150 Rv). Alektum heeft geen stukken overgelegd waaruit blijkt dat de twee Elektric Air Diffusers aan [gedaagde] zijn geleverd; zij heeft zelfs expliciet gesteld niet in staat te zijn een afleverbewijs over te leggen. Anders dan Alektum kennelijk meent, wil het enkele feit dat de Elektric Air Diffusers zijn verstuurd naar het adres waar [gedaagde] volgens de Basisregistratie Personen woont, nog niet zeggen dat de Elektric Air Diffusers ook daadwerkelijk op dat adres zijn afgeleverd. Ook het feit dat [gedaagde] op enig moment een schikkingsvoorstel heeft gedaan, om een procedure te voorkomen, is onvoldoende reden om aan te nemen dat de Electric Air Diffusers daadwerkelijk aan [gedaagde] zijn geleverd. Alektum heeft verder aangevoerd dat [gedaagde] geen gehoor heeft gegeven aan haar verzoek om haar bepaalde informatie te verstrekken ten aanzien van de correspondentie die tussen [gedaagde] en Wish.com heeft plaatsgevonden. De kantonrechter begrijpt de stelling van Alektum zo, dat Alektum aan het beweerdelijk niet-verstrekken van die informatie de conclusie verbindt dat [gedaagde] de factuur moet betalen, ook al zou de bestelling niet geleverd zijn. Alektum heeft niet uitgelegd op grond waarvan zij die conclusie trekt en de kantonrechter kan haar daarin niet volgen.
2.6.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, is de kantonrechter van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de Elektric Air Diffusers aan [gedaagde] zijn geleverd. Alektum heeft weliswaar een algemeen aanbod gedaan om haar stellingen nader met bewijzen te onderbouwen, maar dit bewijsaanbod is, mede gelet op het feit dat zij zelf heeft aangegeven niet in staat te zijn een afleverbewijs over te leggen, onvoldoende concreet en ter zake doend om Alektum toe te laten tot nader bewijs van haar stellingen. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vordering van Alektum niet opeisbaar is. De vordering wordt daarom afgewezen.
[gedaagde] hoeft geen buitengerechtelijke incassokosten en rente te betalen
2.7.
Omdat de door Alektum gevorderde hoofdsom wordt afgewezen, bestaat er geen aanleiding voor toewijzing van de daaraan gekoppelde rente en buitengerechtelijke incassokosten. Ook die vorderingen worden daarom afgewezen.
Alektum moet aan [gedaagde] een onkostenvergoeding betalen
2.8.
De proceskosten komen voor rekening van Alektum, omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die Alektum aan [gedaagde] moet betalen op € 50,00 aan onkosten (artikel 238 lid 1 Rv).

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst de eis van Alektum af;
3.2.
veroordeelt Alektum in de proceskosten, die aan de kant van [gedaagde] worden begroot op € 50,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.A. Vriezen en in het openbaar uitgesproken.
62828