ECLI:NL:RBROT:2025:2629

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
10 januari 2025
Publicatiedatum
3 maart 2025
Zaaknummer
11144224 CV EXPL 24-14483
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van eiseres wegens verkeerde partij gedagvaard in civiele procedure

In deze zaak heeft eiseres, woonachtig in Bergschenhoek, ANP B.V. gedagvaard, omdat zij meent rechtsopvolger te zijn van Hollandse Hoogte B.V. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat ANP niet de rechtsopvolger is, maar dat dit de moedermaatschappij ANP Holding B.V. is. Hierdoor wordt de vordering van eiseres afgewezen en wordt zij niet-ontvankelijk verklaard. De procedure is gestart met een dagvaarding op 23 mei 2024, en de zaak is op 12 december 2024 behandeld tijdens een zitting waar beide partijen aanwezig waren met hun gemachtigden.

Eiseres heeft een herroeping gevorderd van een eerder vonnis, maar de kantonrechter volgt het verweer van ANP dat eiseres niet-ontvankelijk moet worden verklaard. De kantonrechter stelt vast dat eiseres op basis van de beschikbare documenten uit het handelsregister had moeten onderzoeken wie de juiste partij was. De kantonrechter komt hierdoor niet toe aan een inhoudelijke beoordeling van de vordering. Eiseres wordt bovendien veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 510,-, inclusief wettelijke rente. Dit vonnis is uitgesproken door mr. I.K. Rapmund.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11144224 CV EXPL 24-14483
datum uitspraak: 10 januari 2025
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
[eiseres] ,
woonplaats: Bergschenhoek,
eiseres,
gemachtigde: mr. J. Kuenen,
tegen
Algemeen Nederlands Persbureau ANP B.V.,
vestigingsplaats: Rijswijk,
gedaagde,
gemachtigde: mr. S.M. Pieroelie.
De partijen worden hierna ‘ [eiseres] ’ en ‘ANP’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 23 mei 2024, met bijlagen;
  • het antwoord, met bijlagen;
  • de akte van [eiseres] , met bijlagen;
  • de spreekaantekeningen van [eiseres] .
1.2.
Op 12 december 2024 is de zaak tijdens een zitting besproken. Daarbij waren aanwezig: [eiseres] met de gemachtigde en mevrouw [persoon A] , namens ANP met de gemachtigde.

2.De beoordeling

Wat is de kern?
2.1.
[eiseres] heeft ANP gedagvaard, omdat zij rechtsopvolger zou zijn van Hollandse Hoogte B.V. (hierna: Hollandse Hoogte). ANP is echter niet de rechtsopvolger van die vennootschap, maar haar moederbedrijf, ANP Holding B.V. De vordering wordt daarom afgewezen.
Wat is er gebeurd?
2.2.
[eiseres] vordert herroeping van een tegen haar gewezen vonnis in een procedure die is ingeleid door Hollandse Hoogte, (kort gezegd) omdat Hollandse Hoogte de rechtbank bewust onjuist zou hebben ingelicht. [eiseres] stelt die vordering in tegen ANP, omdat ANP de rechtsopvolger van Hollandse Hoogte zou zijn. ANP verweert zich tegen die vordering en stelt zich, voor zover nu relevant, op het standpunt dat [eiseres] niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
De kantonrechter volgt ANP in zijn standpunt. Uit de in het handelsregister gedeponeerde fusieakten blijkt dat niet ANP, maar haar moederbedrijf (ANP Holding B.V.) rechtsopvolger is van Hollandse Hoogte. [eiseres] zal daarom niet-ontvankelijk in de vordering worden verklaard. Dat [eiseres] op basis van bijvoorbeeld nieuwsberichten in de veronderstelling was dat zij de juiste partij gedagvaard heeft is niet relevant, omdat [eiseres] op basis van de openbaar beschikbare documenten uit het handelsregister onderzoek had moeten (laten) doen. Gelet hierop wordt aan een inhoudelijke beoordeling van de vordering niet toegekomen.
[eiseres] moet de proceskosten betalen
2.3.
De proceskosten komen voor rekening van [eiseres] , omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die [eiseres] aan ANP moet betalen op € 408,- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten x € 204,-) en € 102,-aan nakosten. Dat is in totaal € 510,-. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend. De wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
verklaart [eiseres] niet-ontvankelijk in de vordering;
3.2.
veroordeelt [eiseres] in de proceskosten, die aan de kant van ANP worden begroot op € 510,-.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.K. Rapmund en in het openbaar uitgesproken.
527