Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage Iaan dit vonnis gehecht.
zaak A.
zaak B.
zaak C.
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde met dien verstande dat in zaak A, onder 1 de verdachte dient te worden vrijgesproken van de ten laste gelegde geweldhandelingen jegens [slachtoffer 1] en in zaak B de subsidiair ten laste gelegde poging tot zware mishandeling bewezen kan worden;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
ik wacht kanker lang op jou” en slaat hij de aangever met een vlakke hand.
ze hebben het wel samen gedaan, maar specifiek was het Vrij”) en ook niet heeft gemotiveerd waarom hij nu (enkele maanden na het incident) opeens andersluidend verklaart. De rechtbank gaat dan ook uit van de aangifte, waaruit volgt dat beiden aan de ketting hebben getrokken.
bijlage IIheeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden van het in zaak A onder 1 en in zaak B subsidiair ten laste gelegde. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het in zaak A onder 1 en in zaak B subsidiair ten laste gelegde heeft begaan.
bijlage IIIheeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden van het in zaak A onder 2 en in zaak C onder 3 ten laste gelegde. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het in zaak A onder 2 en in zaak C onder 3 ten laste gelegde heeft begaan.
[slachtoffer 2], toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen,
[slachtoffer 2], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
[slachtoffer 2]de dreigende woorden toe te voegen: "wanneer betaal je mij?" en "ik schiet je neer!" en
[slachtoffer 2]te tonen en
[slachtoffer 2]te slaan/stompen en
de periode van 4 oktober tot en met 7 oktober 2024 te Rotterdam, een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens en munitie, te weten een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3º van die wet in de vorm van een pistool van het merk Tokarev M48(TT33), kaliber 9mm
stuks, bij voornoemde revolver horende munitie van het kaliber .32 S&W Long, Wad Cutter,
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 26 maanden,
€ 1.981,31 (zegge: duizend negenhonderdeenentachtig euro en eenendertig cent), bestaande uit € 481,31 aan materiële schade en € 1.500,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 4 oktober 2024 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer 2] te betalen
€ 1.981,31(hoofdsom,
zegge: duizend negenhonderdeenentachtig euro en eenendertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 oktober 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 1.981,31 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
29 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;