In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 18 februari 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen Röntgen Technische Dienst B.V. (RTD) en een werknemer, aangeduid als [verweerder]. De werkgever, RTD, heeft verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op basis van verwijtbaar handelen van de werknemer, die niet aan zijn re-integratieverplichtingen heeft voldaan na een ziekmelding op 8 januari 2024. RTD heeft diverse maatregelen genomen, waaronder officiële waarschuwingen en loonopschorting, maar de werknemer heeft niet gereageerd op deze maatregelen en is onbereikbaar gebleven voor zowel RTD als de Arbodienst.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de werknemer niet heeft voldaan aan zijn re-integratieverplichtingen, wat leidt tot de conclusie dat er sprake is van verwijtbaar handelen in de zin van artikel 7:669 lid 3 sub e BW. De rechter heeft ook geoordeeld dat er geen opzegverbod van toepassing is, aangezien de werknemer zonder gegronde reden zijn verplichtingen heeft geweigerd na schriftelijke aanmaningen van de werkgever. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden per 19 februari 2025, zonder recht op een transitievergoeding, en heeft bepaald dat beide partijen hun eigen proceskosten dragen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.