ECLI:NL:RBROT:2025:1844

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
14 februari 2025
Publicatiedatum
14 februari 2025
Zaaknummer
11005407 CV EXPL 24-1362
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van overeenkomst door oneerlijk kostenbeding in consumentenovereenkomst

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 14 februari 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen MVDP Advocaten B.V. en een gedaagde die niet in de procedure is verschenen. De eiseres, MVDP Advocaten B.V., heeft gedaagde op 15 maart 2024 gedagvaard en er is verstek verleend. De eiseres vorderde betaling van declaraties ter hoogte van € 1.763,24, maar de kantonrechter heeft geoordeeld dat de overeenkomst tussen partijen vernietigd moet worden vanwege een oneerlijk kostenbeding. Dit kostenbeding, dat in een e-mail aan gedaagde was opgenomen, bleek niet transparant genoeg te zijn voor de consument om de financiële gevolgen van de overeenkomst goed in te schatten. De rechter heeft vastgesteld dat de eiseres niet voldoende informatie heeft verstrekt over de te verwachten kosten en tijdsbesteding, wat in strijd is met de vereisten van goede trouw.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat het kostenbeding een kernbeding is en dat de overeenkomst niet kan voortbestaan zonder dit beding. Daarom is de overeenkomst vernietigd, wat betekent dat gedaagde geen vergoeding hoeft te betalen voor de juridische werkzaamheden die eiseres heeft verricht. Echter, gedaagde is wel verplicht om het griffierecht en de kosten voor een geboorteakte te betalen, in totaal € 329,70. Daarnaast zijn er buitengerechtelijke incassokosten van € 49,46 toegewezen, evenals rente vanaf 16 november 2023. De proceskosten zijn begroot op € 365,54, die ook voor rekening van gedaagde komen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het onmiddellijk kan worden uitgevoerd, zelfs als er hoger beroep wordt aangetekend.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Dordrecht
zaaknummer: 11005407 CV EXPL 24-1362
datum uitspraak: 13 februari 2025
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
MVDP Advocaten B.V.,
vestigingsplaats: Gorinchem,
eiseres,
gemachtigde: mr. S. Meeuwsen,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: [woonplaats],
gedaagde,
die niet in de procedure is verschenen.

1.De procedure

1.1.
Eiseres heeft gedaagde op 15 maart 2024 gedagvaard. Tegen gedaagde is verstek verleend. Na de rolbeslissing van 11 april 2024 heeft eiseres een akte genomen.

2.De beoordeling

De zaak in het kort
2.1.
Eiseres heeft met gedaagde een overeenkomst van opdracht gesloten op grond waarvan eiseres juridische werkzaamheden voor gedaagde heeft verricht. Gedaagde is een consument. Eiseres eist dat gedaagde de door eiseres gezonden declaraties van in totaal € 1.763,24 betaalt, met rente en kosten. In de overeenkomst staat een oneerlijk kostenbeding. Omdat de overeenkomst niet kan voortbestaan zonder kostenbeding, vernietigt de kantonrechter de overeenkomst. Daarom hoeft gedaagde geen vergoeding te betalen voor de werkzaamheden die eiseres voor hem heeft verricht. Wel moet gedaagde het griffierecht en de kosten voor de geboorteakte aan eiseres betalen. Dat is in totaal € 329,70. Hierna wordt uitgelegd hoe de rechter tot dit oordeel is gekomen.
Het kostenbeding is een kernbeding, maar niet transparant
2.2.
Het kostenbeding staat in een e-mail van 27 september 2023 aan gedaagde. Daarin staat dat als gedaagde niet in aanmerking komt voor een toevoeging, eiseres een uurtarief hanteert van € 205,- exclusief btw en (on)belaste verschotten. Dit is een kernbeding in de zin van de Richtlijn 93/13, omdat het de kern van de contractuele verhouding bepaalt. [1] De rechter toetst een kernbeding alleen op oneerlijkheid als het beding niet transparant genoeg is. Dat is hier het geval. Het beding noemt namelijk alleen een uurtarief en dat is onvoldoende voor een consument om alle financiële consequenties van de overeenkomst in te schatten. Eiseres had voor het sluiten van de overeenkomst informatie moeten verstrekken die gedaagde in staat stelt om met de nodige voorzichtigheid zijn beslissing te nemen. Dat is hier niet gebeurd.
Het kostenbeding is oneerlijk
2.3.
Dat het kostenbeding niet transparant genoeg is, betekent niet per definitie dat het beding ook oneerlijk is. Dat moet de rechter beoordelen aan de hand van alle omstandigheden, waarbij nagegaan moet worden of het vereiste van goede trouw is nageleefd en of sprake is van een aanzienlijke verstoring van het evenwicht in het nadeel van de consument. Dat is hier het geval. Op basis van het kostenbeding kon eiseres ongelimiteerd declareren op het moment dat gedaagde niet in aanmerking zou komen voor een toevoeging, wat kennelijk nog niet duidelijk was toen eiseres de overeenkomst met gedaagde aanging. Ook weegt mee dat eiseres ook op grond van artikel 17 van de Gedragsregels advocatuur van de Nederlandse Orde van Advocaten gedaagde een redelijke inschatting had moeten geven van de te verwachten tijdsbesteding en totale kosten. Dat heeft eiseres niet gedaan. De kantonrechter realiseert zich dat het vaak moeilijk is om vooraf een goede inschatting te maken, maar het is aan eiseres als professional om de consument daar wel zo goed mogelijk over te informeren. In dit geval blijkt niet dat eiseres enige inschatting of informatie hierover heeft gegeven. .
De overeenkomst wordt vernietigd
2.4.
Omdat het kostenbeding oneerlijk is, moet de situatie hersteld worden naar een situatie waarin de consument zich zou hebben bevonden zonder het oneerlijke beding. In dit geval betekent dit dat de hele overeenkomst door de rechter wordt vernietigd, omdat de overeenkomst zonder het kostenbeding niet in stand kan blijven (artikel 3:41 en artikel 7:405 BW). Gedaagde hoeft daarom geen vergoeding te betalen voor de werkzaamheden die eiseres heeft verricht. Er bestaat ook geen grondslag meer voor de reiskosten die eiseres in rekening heeft gebracht.
Het griffierecht en de kosten voor de geboorteakte moet gedaagde wel betalen
2.5.
In het bedrag dat eiseres eist, zit ook € 314,- aan griffierecht en € 15,70 aan kosten voor een geboorteakte. Deze kosten heeft eiseres voor gedaagde aan derden betaald en worden toegewezen, omdat gedaagde ongerechtvaardigd is verrijkt ten koste van eiseres (artikel 6:212 BW).
Gedaagde moet incassokosten van € 49,46 betalen
2.6.
Als vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten wordt € 49,46 toegewezen. Dit bedrag is gebaseerd op het bedrag dat wordt toegewezen en het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. Aan de voorwaarden om een vergoeding te krijgen is voldaan.
Gedaagde moet rente betalen
2.7.
De rente wordt toegewezen vanaf 16 november 2023. Dat is de vervaldatum van de declaratie van 2 november 2023, waarmee het griffierecht en de kosten voor de geboorteakte bij gedaagde in rekening is gebracht.
Gedaagde moet de proceskosten betalen
2.8.
De proceskosten komen voor rekening van gedaagde, omdat hij voor het grootste deel ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die gedaagde aan eiseres moet betalen op € 113,54 aan dagvaardingskosten, € 130,- aan griffierecht, € 82,- aan salaris voor de gemachtigde en € 41,- aan nakosten. Dat is in totaal € 365,54. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend.
2.9.
De hoogte van het griffierecht past bij het deel van de eis dat is toegewezen. Het bedrag dat eiseres meer aan griffierecht heeft betaald hoeft gedaagde niet te betalen, omdat dat is gebaseerd op het deel van de eis dat is afgewezen. Die kosten waren dus onnodig.
Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad
2.10.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt gedaagde om aan eiseres te betalen € 379,16 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 over een bedrag van € 329,70 vanaf 16 november 2023 tot de dag dat volledig is betaald;
3.2.
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, die aan de kant van eiseres worden begroot op € 365,54;
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.4.
wijst al het andere af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Fiege en in het openbaar uitgesproken.
49039

Voetnoten

1.Hof van Justitie EU 12 januari 2023, ECLI:NL:EU:C:2023:14.