Op 27 januari 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 16 oktober 2024 in Rotterdam een fiets heeft gestolen. De verdachte, geboren in 1977 en ten tijde van de zitting preventief gedetineerd, heeft het feit bekend. De officier van justitie, mr. K.W. van Damme, heeft gevorderd dat de verdachte schuldig wordt verklaard en een maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD-maatregel) voor de duur van twee jaar opgelegd krijgt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan door met een staaf het slot van de fiets open te breken en deze weg te nemen. De rechtbank heeft geen feiten of omstandigheden aangetroffen die de strafbaarheid van het feit of de verdachte uitsluiten.
De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De verdachte heeft een lange geschiedenis van soortgelijke strafbare feiten en is eerder veroordeeld. De reclassering heeft geadviseerd om de ISD-maatregel op te leggen, gezien de hoge kans op recidive en het feit dat eerdere behandelingen niet hebben geleid tot gedragsverandering. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de veiligheid van de samenleving voorop staat en dat de verdachte een gevaar vormt voor de openbare orde. Daarom is de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders voor de duur van twee jaar opgelegd.