Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 24 juni 2024, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- de akte overlegging producties van [eiser] , met bijlagen;
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft eiser, h.o.d.n. [autobedrijf A], op 26 maart 2024 een auto-onderdeel gekocht van gedaagde, [autobedrijf B]. Eiser stelt dat het aangekochte onderdeel, een module voor de besturing van een auto, niet voldeed aan de verwachtingen, omdat het geen contact met de auto maakte. Op 27 mei 2024 heeft eiser de koopovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden en vordert hij terugbetaling van de koopsom. De kantonrechter heeft de vordering van eiser toegewezen, omdat de module niet aan de overeenkomst voldeed. Gedaagde betwistte de non-conformiteit, maar kon dit niet onderbouwen. Eiser had al op 29 maart 2024 melding gemaakt van een defect aan de module, en na testen door een extern bedrijf bleek dat er geen werkende software aanwezig was.
De kantonrechter oordeelt dat de overeenkomst rechtsgeldig is ontbonden op basis van de vastgestelde non-conformiteit. Eiser heeft gedaagde de kans gegeven om het gebrek te herstellen, maar gedaagde heeft hier niet op gereageerd. Hierdoor was eiser bevoegd om de overeenkomst te ontbinden. Gedaagde wordt veroordeeld tot terugbetaling van de koopsom, inclusief incassokosten en wettelijke rente, maar de gevorderde handelsrente wordt niet toegewezen. De kantonrechter vernietigt ook bepaalde bepalingen in de algemene voorwaarden van gedaagde, omdat deze niet op de juiste wijze aan eiser zijn ter hand gesteld.
De proceskosten komen voor rekening van gedaagde, die in het ongelijk is gesteld. De kantonrechter begroot de kosten die gedaagde aan eiser moet betalen op een totaal van € 670,72. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ook als gedaagde in hoger beroep gaat.