ECLI:NL:RBROT:2025:14847

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 december 2025
Publicatiedatum
18 december 2025
Zaaknummer
10/263784-23
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Integrale vrijspraak in grootschalige heroïnehandelzaak na bewijsgebrek

Op 17 december 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij een grootschalig onderzoek naar de handel in heroïne, genaamd onderzoek Ragga. De verdachte, geboren in 1994, werd bijgestaan door raadsman mr. R.I. Takens. Het onderzoek, dat liep van 5 maart 2021 tot 4 juli 2023, leidde tot de identificatie van meerdere verdachten en de inbeslagname van aanzienlijke hoeveelheden heroïne. Tijdens de zittingen op 6, 7 en 12 november 2025 en 17 december 2025 werd het bewijs tegen de verdachte besproken. De officier van justitie, mr. M. Luijpen, eiste een gevangenisstraf van zes jaar, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren voor de ten laste gelegde feiten. De rechtbank concludeerde dat er geen wettig en overtuigend bewijs was dat de verdachte betrokken was bij de handel in heroïne op de datum van de inval, en sprak de verdachte integraal vrij. Dit vonnis benadrukt de noodzaak van sluitend bewijs in strafzaken, vooral in complexe drugszaken waar meerdere verdachten en grote hoeveelheden drugs betrokken zijn.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 10/263784-23
Datum uitspraak: 17 december 2025
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedatum] 1994,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres 1], [postcode] [plaatsnaam],
raadsman mr. R.I. Takens, advocaat te Amsterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzittingen van 6, 7 en 12 november 2025 en
17 december 2025.

2.Onderzoek Ragga

Dit vonnis gaat over het opsporingsonderzoek met de naam Ragga. Dat is een wijdvertakt onderzoek naar grootschalige handel in heroïne in de regio Rotterdam in de periode van 5 maart 2021 tot met 4 juli 2023. Het onderzoek begon op basis van informatie van het Team Criminele Inlichtingen en op basis van informatie uit een opsporingsonderzoek naar het bedrijf SkyECC. Dit bedrijf bood versleutelde communicatiediensten aan waarvan werd vermoed dat deze op grote schaal door misdaadondernemers werden gebruikt. Uiteindelijk werden [naam] en [medeverdachte 1] geïdentificeerd als contacten van een gebruiker van een SkyECC-account die vermoedelijk in verdovende middelen handelde. Via [naam] en [medeverdachte 1] kwam successievelijk een groep mannen in beeld, waarvan er in deze strafzaak elf terecht hebben gestaan. Op de actiedag van 4 juli 2023 werden zeven verdachten aangehouden. Vier andere verdachten kwamen ook op de actiedag in beeld maar werden pas op 7 respectievelijk 14 november 2023 aangehouden. [naam] werd niet aangehouden. Hij heeft ook niet terecht gestaan.
Het dossier is samengesteld uit verschillende deelonderzoeken waarin de politie soms bij toeval over een partij heroïne struikelde die (later) aan de organisatie kon worden toegeschreven, zoals een partij die werd aangetroffen aan de [locatie] op 9 mei 2022. Uiteindelijk rees het vermoeden dat in het pand [adres 2] een versnijdingslocatie was ingericht, terwijl er vermoedelijk opslaglocaties voor heroïne waren aan de [adres 3] en aan de [adres 4].
Op de actiedag werden meer verdachten aangetroffen in of in de nabijheid van het [adres 2]: de medeverdachten [medeverdachte 2], [medeverdachte 3], [medeverdachte 4], [medeverdachte 5] en [medeverdachte 6]. De politie vermoedde dat de verdachte was ontkomen. Bij het daaropvolgende onderzoek naar de verblijfplaats van de verdachte kwam de [medeverdachte 7] in beeld. Terwijl de [medeverdachte 7] werd geobserveerd kwam weer een andere opslaglocatie voor heroïne in beeld en wel aan de [adres 5]. Rondom de [adres 5] werden behalve de [medeverdachte 7] de medeverdachten [medeverdachte 8], [medeverdachte 9] en [medeverdachte 10] gezien. De [medeverdachte 8] werd op 4 juli 2023 aangehouden in zijn auto met in de kofferbak ruim 107 kilo heroïne.
Tenslotte werd de eerder genoemde [medeverdachte 1] in zijn woning aangehouden en werd geld gevonden aan de [adres 6] (de woning van de ouders van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 6]) en aan de [adres 7] (de woning van [medeverdachte 3]), beide in Rotterdam.
Het einddossier van het onderzoek Ragga is samengesteld uit een algemeen dossier en zaaksdossiers. De zaaksdossiers zijn (voor zover hier van belang) het
11b-dossier, over de criminele organisatie; de zaak
Pukkuminaover de versnijdingskamer aan het [adres 2] waar op 4 juli 2023 bijna 150 kilo heroïne werd gevonden en over de opslaglocatie aan de [adres 3] waar naar schatting 5.500 zakjes werden gevonden met heroïne residu; de zaak
Salsaover ruim 107 kilo heroïne die op 4 juli 2023 in de auto van de [medeverdachte 8] werd gevonden; de zaak
Cocoover drie transporten van 60, 22 en 96 kilo heroïne in de periode november 2020 tot en met maart 2021; de zaak
Calusover een transport van ruim 1.400 kilo heroïne uit Iran in de periode januari tot en met mei 2021; de zaak
Jiveover 241 kilo heroïne en een vuurwapen die tezamen op 9 mei 2022 aan de [locatie] werden aangetroffen; de zaak
[adres 4]over bijna 4,5 kilo heroïne die op 4 april 2023 aan de [adres 4] werd gevonden; en de zaken
Quickstepen
Breakdanceover twee pistolen die werden gevonden in de versnijdingskamer aan het [adres 2] respectievelijk in de woning van de [medeverdachte 10] aan de [adres 5].

3.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht. Kort samengevat komt de beschuldiging er
onder 1op neer dat de verdachte op 4 juli 2023 te Rotterdam met anderen 107 kilo heroïne aanwezig heeft gehad (zaak Salsa);
onder 2 en 3dat hij aan het [adres 2] met anderen voorbereidingshandelingen heeft gepleegd om heroïne en cocaïne te bewerken en een grote hoeveelheid heroïne en cocaïne aanwezig heeft gehad (zaak Pukkumina); en
onder 4 en 5dat hij in de periode van 1 augustus 2022 tot en met 4 april 2023 te Rotterdam met anderen aan de [adres 4] voorbereidingshandelingen heeft gepleegd om heroïne en cocaïne te bewerken en daar heroïne, cocaïne en MDMA aanwezig heeft gehad (zaak [adres 4]).

4.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. M. Luijpen heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaar met aftrek van voorarrest.

5.Vrijspraak

Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft gerequireerd dat op basis van wettig en overtuigend bewijs bewezen kan worden dat de verdachte alle ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Oordeel rechtbank
De redenering van de officier van justitie ten aanzien van feit 1 tot en met 3 (zaken Salsa en Pukkumina) komt er kort gezegd op neer dat de verdachte op 4 juli 2023 aanwezig was in het pand met daarin een versnijdingskamer aan het [adres 2], dat hij na de inval heeft weten te ontsnappen aan de politie en dat hij vervolgens naar de [adres 5] is gereden, waar later die dag bij [huisnummer] een opslaglocatie voor heroïne is gevonden. Er zijn echter geen feiten en omstandigheden gebleken waaruit volgt dat de verdachte op 4 juli 2023 bij de overdracht van ruim 107 kilo heroïne bij de [adres 5] betrokken is geweest (feit 1, zaak Salsa). En hoewel er op basis van de telefoongegevens van de verdachte aanwijzingen zijn dat hij op 4 juli 2023 rond het tijdstip van de inval door de politie in de buurt van het [adres 2] is geweest en dat hij zich na de inval heeft verplaatst, zijn er geen feiten en omstandigheden gebleken waaruit volgt dat hij rond 4 juli 2023 daadwerkelijk in het pand is geweest. Er is al met al geen bewijs dat hij op of omstreeks 4 juli 2023 handelingen heeft begaan ter voorbereiding van de handel in heroïne of een grote hoeveelheid heroïne voorhanden heeft gehad (feiten 2 en 3, zaak Pukkumina).
De redenering van de officier van justitie ten aanzien van de feiten 4 en 5 komt er kort gezegd op neer dat er DNA van de verdachte is aangetroffen op een blok heroïne en op een zakje waarin cocaïne zat die zijn aangetroffen in de [adres 4] en dat een medeverdachte een video met de verdachte heeft gedeeld van de buitenkant van de [adres 4]. De rechtbank is van oordeel dat er op basis van deze omstandigheden wel aanwijzingen zijn dat de verdachte betrokken is geweest bij de onder 4 en 5 ten laste gelegde feiten, maar niet meer.
De conclusie is dan ook dat de ten laste gelegde feiten niet wettig en overtuigend zijn bewezen. De verdachte zal dan ook integraal worden vrijgesproken.

6.Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

7.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde feiten heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte, die bij eerdere beslissing is geschorst.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. J.L.M. Boek, voorzitter,
en mrs. J. van de Klashorst en D.M. Douwes, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K. Dere, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij,
op of omstreeks 4 juli 2023 te Rotterdam, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en /of verwerkt en/of verkocht en /of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, te weten (ongeveer) 107,047 kg heroïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne, zijnde heroïne een middel als bedoeld in lijst I van de Opiumwet;
2.
hij,
op of omstreeks 4 juli 2023, te Rotterdam, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of vervaardigen en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van een grote hoeveelheid heroïne en/of een grote hoeveelheid cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne en/of cocaïne, zijnde heroïne en/of cocaïne, (een) middel(en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, en/of een ander middel zoals genoemd in lijst I van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen,
- één of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen, te doen plegen, mede te plegen, uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en/of (een) ander(en) gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen en/of
- voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij wist of ernstige reden had te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van het/de hierboven bedoelde feit(en),
hebben de verdachte en/of (een of meer van) verdachtes mededader(s),
- met één of meer mededaders(s) ontmoetingen gehad en/of (telefonisch) contact onderhouden en/of informatie uitgewisseld en/of afspraken gemaakt over het invoeren en/of afleveren en/of opslaan en/of versnijden en/of verstrekken en/of vervoeren van voornoemde heroïne en/of cocaïne en/of
- een grote hoeveelheid heroïne en/of cocaïne voorhanden gehad en/of
- een grote hoeveelheid versnijdingsmiddel voorhanden gehad en/of
- een of meer gegevensdragers, waaronder een of meer telefoons van het merk Google Pixel, voorhanden gehad en/of
- een of meer persen voorhanden gehad en/of
- een of meer grote geldbedragen voorhanden gehad en/of
- een of meer draagtassen en/of kratten en/of koffers voorhanden gehad en/of
- een of meerdere stempels en rollen tape en/of teilen voorhanden gehad en/of
- verpakkingsmaterialen voorhanden gehad;
3.
hij,
op of omstreeks 4 juli 2023 te Rotterdam, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk aanwezig heeft gehad, een grote hoeveelheid heroïne en/of een grote hoeveelheid cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne en/of cocaïne, zijnde heroïne en/of cocaïne (een) middel(en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, en/of een ander middel zoals genoemd in lijst I van de Opiumwet;
4.
hij,
op verschillende tijdstippen, althans op enig tijdstip, in of omstreeks de periode van 1 augustus 2022 tot en met 4 april 2023 te Rotterdam, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of vervaardigen en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van een (grote) hoeveelheid heroïne en/of een (grote) hoeveelheid cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne en/of cocaïne, zijnde heroïne en/of cocaïne, (een) middel(en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, en/of een ander middel zoals genoemd in lijst I van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen,
- één of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen, te doen plegen, mede te plegen, uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en/of (een) ander(en) gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen en/of
- voorwerpen en/of vervoermiddelen en/ of stoffen en/of gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij wist of ernstige reden had te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van het/de hierboven bedoelde feit(en),
hebben de verdachte en/of (een of meer van) verdachtes mededader(s),
- met één of meer mededaders(s) ontmoetingen gehad en/of (telefonisch) contact onderhouden en/of informatie uitgewisseld en/of afspraken gemaakt over het invoeren en/of afleveren en/of opslaan en/of versnijden en/of verstrekken en/ of vervoeren van voornoemde heroïne en/of cocaïne en/of
- een (grote) hoeveelheid heroïne en/of cocaïne voorhanden gehad en/of
- een (grote) hoeveelheid versnijdingsmiddel voorhanden gehad en/of
- een of meer teilen voorhanden gehad en/of
- een of meer pompkrikken voorhanden gehad en/of
- een of meer persmallen voorhanden gehad en/of
- een of meer weegschalen voorhanden gehad en/of
- een of meer vacumeermachines voorhanden gehad en/of
- een of meer persen voorhanden gehad en/of
- een of meer teilen voorhanden gehad en/of
- een of meer rollen tape en/of verpakkingsmaterialen voorhanden gehad;
5.
hij,
op verschillende tijdstippen, althans op enig tijdstip, in of omstreeks de periode van 1 augustus 2022 tot en met 4 april 2023 te Rotterdam, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk aanwezig heeft gehad, een (grote) hoeveelheid heroïne en/of een (grote) hoeveelheid cocaïne en/of een (grote) hoeveelheid MDMA, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne en/of cocaïne en/of MDMA, zijnde heroïne en/of cocaïne en/of MDMA (een) middel(en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, en/of een ander middel zoals genoemd in lijst I van de Opiumwet.