Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Waar gaat de zaak over?
inclusiefvoortzetting van de ontheffing, zodat zij het terrein kan blijven verhuren aan het metaalbedrijf. De vordering wordt afgewezen. Dit wordt hierna uitgelegd.
2.De procedure
3.Het geschil en de beoordeling
op- en overslag van fruit in de ruimste zin des woords".
verklaart voor recht dat (i) HbR aan (de rechtsvoorganger van) FTR Ontwikkeling een
4.4. Om de verlenging van het erfpachtrecht per 1 april 2025 te kunnen effectueren
- HbR heeft steeds benadrukt dat “fruit” het uitgangspunt was;
- de termijn waarvoor ontheffing werd verleend werd steeds in tijd beperkt, waarbij een duidelijke link werd gelegd naar de einddatum van het erfpachtrecht.
Volledigheidshalve wijzen wij u nogmaals op de einddatum van het Erfpachtrecht van 1 april 2025 en het recht van optie op verlenging met 25 jaar dat alleen geldt met de originele gebruiksbepaling (open overslag van fruit in de ruimste zin des woords)."
definitiefbeslist over deze kwestie, want in het vonnis staat ook dat FTR te allen tijde het recht heeft om HbR te verzoeken die vrijstelling alsnog te verkrijgen. Dat FTR in een eventuele nieuwe bodemprocedure over die kwestie alsnog gelijk gaat krijgen, acht de voorzieningenrechter echter onvoldoende aannemelijk. Er is dan ook geen grond om daar nu in kort geding op vooruit te lopen door het toewijzen van daarop betrekking hebbende vorderingen. HbR heeft immers ook in de periode na 11 maart 2020 bij FTR niet het gerechtvaardigde vertrouwen gewekt dat verlenging van de vrijstelling zou worden verleend.