ECLI:NL:RBROT:2025:1336

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 januari 2025
Publicatiedatum
4 februari 2025
Zaaknummer
C/10/687625 / HA ZA 24-894
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheidsincident in civiele procedure tussen SEOC LTD en DUO SHIPPING B.V.

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, betreft het een bevoegdheidsincident tussen de rechtspersoon SEOC LTD, gevestigd in Limassol (Cyprus), en de besloten vennootschap DUO SHIPPING B.V., gevestigd in Oud-Beijerland. SEOC heeft een vordering ingesteld tegen DUO SHIPPING voor betaling van openstaande facturen, terwijl DUO SHIPPING in het incident vorderde dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart. De rechtbank heeft op 29 januari 2025 vonnis gewezen in het incident.

De procedure begon met een dagvaarding van SEOC op 2 oktober 2024, waarin zij DUO SHIPPING aansprakelijk stelde voor een openstaand bedrag van € 63.285,00. DUO SHIPPING had een aantal facturen onbetaald gelaten en na meerdere betalingsherinneringen heeft SEOC de overeenkomst met DUO SHIPPING beëindigd. In het incident vorderde DUO SHIPPING dat de rechtbank Rotterdam zich onbevoegd verklaart, stellende dat zij niet in het werkgebied van de rechtbank valt.

De rechtbank heeft echter geoordeeld dat DUO SHIPPING gevestigd is in Oud-Beijerland, dat tot het arrondissement van de rechtbank Rotterdam behoort. De rechtbank is derhalve internationaal bevoegd om over de vorderingen van SEOC tegen DUO SHIPPING te oordelen. De incidentele vordering van DUO SHIPPING is afgewezen, en zij is veroordeeld in de proceskosten van het incident. De zaak zal verder worden behandeld op de locatie Dordrecht, conform het verwijzingsreglement.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/687625 / HA ZA 24-894
Vonnis in incident van 29 januari 2025
in de zaak van
de rechtspersoon naar buitenlands recht
SEOC LTD,
gevestigd te Limassol (Cyprus),
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat mr. A.M.C.C. Verblackt te Breda,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DUO SHIPPING B.V.,
gevestigd te Oud-Beijerland,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat mr. E. van den Dungen te Tilburg.
Partijen zullen hierna Seoc en Duo Shipping genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 2 oktober 2024, met producties 1 t/m 13;
  • de conclusie van eis in het incident van Duo Shipping;
  • de conclusie van antwoord in het incident van Seoc.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.De vorderingen in de hoofdzaak

2.1.
Seoc vordert dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, Duo Shipping veroordeelt tot betaling van:
I. € 65.224,97, te vermeerderen met de overeengekomen (boete)rente vanaf 30 september 2024;
II. de proceskosten, waaronder begrepen de beslagkosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de tiende dag na betekening van dit vonnis.
2.2.
Seoc heeft – samengevat – het volgende aan haar vorderingen ten grondslag gelegd.
2.2.1.
Seoc is een bedrijf dat zich richt op het verzorgen van het scheepsmanagement voor zowel de binnenvaart als de zeevaart. Een van de diensten die Seoc aanbiedt is het uitlenen van deskundige (scheeps)bemanning, waarbij Seoc zorgt draagt voor betaling van het uurtarief van de betreffende bemanningsleden en de salariskosten maandelijks doorbelast aan de inlener, vermeerderd met een opslag. Duo Shipping maakt al geruime tijd gebruik van de diensten van Seoc. Seoc stuurt maandelijks facturen hiervoor via e-mail. Vanaf augustus 2023 heeft Duo Shipping een aantal facturen onbetaald gelaten of slechts gedeeltelijk betaald, zonder daarvoor een reden te geven. Het gaat om een totaal openstaand bedrag van € 63.285,00. Na meerdere betalingsherinneringen, heeft Seoc Duo Shipping op 16 augustus 2024 per mail in gebreke gesteld. Omdat Duo Shipping niet had voldaan aan de sommatie, heeft Seoc op 29 augustus 2024 de overeenkomst met Duo Shipping beëindigd.
2.2.2.
Duo Shipping heeft in de hoofdzaak nog niet voor antwoord geconcludeerd.

3.Het geschil in het incident

3.1.
Duo Shipping vordert samengevat dat de rechtbank Rotterdam, locatie Rotterdam zich, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis, onbevoegd verklaart, met veroordeling van Seoc in de proceskosten van het incident.
3.2.
Seoc voert verweer dat primair strekt tot niet ontvankelijk verklaring, althans tot afwijzing van de vordering en verwijzing naar de behandellocatie Dordrecht, met veroordeling van Duo Shipping in de kosten van het incident.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling in het incident

Bevoegdheid van de Nederlandse rechter

4.1.
Seoc is in het buitenland gevestigd. Duo Shipping is in Nederland gevestigd en in de procedure verschenen. Op grond van artikel 4 lid 1 Brussel Ibis-Vo worden zij die woonplaats hebben op het grondgebied van een lidstaat, ongeacht hun nationaliteit, opgeroepen voor de gerechten van die lidstaat. Duo Shipping kan daarom voor deze rechtbank worden opgeroepen. Duo Shipping heeft de internationale bevoegdheid ook niet betwist. De rechtbank is daarom internationaal bevoegd om over de vorderingen van Seoc tegen Duo Shipping in de hoofdzaak te oordelen, zodat zij ook bevoegd is tot beoordeling van de vordering van Duo Shipping in het incident.
Relatieve bevoegdheid en behandellocaties
4.2.
Duo Shipping vordert dat de rechtbank Rotterdam, locatie Rotterdam, zich onbevoegd verklaart. Zij stelt dat Duo Shipping is gevestigd in Oud-Beijerland, gemeente Hoeksche Waard. Volgens Duo Shipping ligt die gemeente niet in het werkgebied van de rechtbank Rotterdam, locatie Rotterdam en is zij daarom ex artikel 99 Rv onbevoegd. Zij verwijst hiervoor naar de website van de rechtspraak waar een opsomming is opgenomen van de gemeenten die tot het arrondissement van de rechtbank Rotterdam behoren. Het overzicht bevat ook een opsomming van de werkgebieden die horen bij de behandellocaties Rotterdam respectievelijk Dordrecht en waarbij “Hoeksche Waard” onder Dordrecht staat vermeld.
4.3.
De incidentele vordering van Duo Shipping moet worden afgewezen. Op grond van artikel 99 lid 1 Rv is bevoegd de rechter van de woonplaats van de gedaagde partij, tenzij de wet anders bepaalt. Niet in geschil is dat Duo Shipping is gevestigd in Oud-Beijerland en dat deze plaats behoort tot het arrondissement van de rechtbank Rotterdam. De rechtbank Rotterdam is daarom op grond van artikel 99 Rv de relatief bevoegde rechter om van het geschil kennis te nemen.
4.4.
Klaarblijkelijk meent Duo Shipping dat, omdat zij niet voor de behandellocatie Dordrecht is opgeroepen, maar voor de behandellocatie Rotterdam, sprake is van relatieve onbevoegdheid van de rechtbank op die locatie. Dat is onjuist. Sinds de inwerkingtreding van de Wet herziening gerechtelijke kaart op 1 januari 2013, inmiddels twaalf jaar geleden, is de rechtbank Dordrecht opgeheven. Het arrondissement van deze rechtbank valt sindsdien samen met dat van haar beide voorgangers, de rechtbanken Rotterdam en Dordrecht (zie artikelen I en CII e.v. van de wet). Het zaaksverdelingsreglement dient hierbij als richtlijn voor de
internetoewijzing van zaken (op welke locatie ze worden behandeld). Het behandelen van een zaak op een van de locaties van deze rechtbank heeft evenwel géén gevolgen voor de bevoegdheid van de rechtbank. De zaak zal conform het verwijzingsreglement en de wens van beide partijen worden behandeld op de locatie Dordrecht.
Proceskosten
4.5.
Duo Shipping zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van het incident worden veroordeeld. De proceskosten aan de zijde van Seoc worden begroot op:
- salaris advocaat € 614,00 (1 punt × tarief II)
- nakosten
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal € 792,00

5.De beslissing

De rechtbank
in het incident
5.1.
wijst het gevorderde af,
5.2.
veroordeelt Duo Shipping in de kosten van het incident, aan de zijde van Seoc tot op heden begroot op € 792,-, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als Duo Shipping niet tijdig aan de veroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.3.
verklaart deze proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
in de hoofdzaak
5.4.
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van
12 maart 2025voor conclusie van antwoord.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.M.J. Arts. Het is ondertekend door de rolrechter en in het openbaar uitgesproken op 29 januari 2025.
3870/3070/3455