Uitspraak
RECHTBANK Rotterdam
1.De procedure
- producties 1 tot en met 3 van [gedaagde partij] ;
2.De feiten
VESTIGING ERFDIENSTBAARHEDEN:
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.De beslissing
[3894/1729]
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, die op 5 november 2025 door de Rechtbank Rotterdam is behandeld, vordert de eisende partij, een eigenaar van percelen op een industrieterrein, dat de gedaagde partij, een andere eigenaar van percelen, een door hem verwijderde container terugplaatst. De eisende partij stelt dat de container, die hij verhuurt aan derden, onterecht door de gedaagde partij is verwijderd, omdat deze container geen hinder veroorzaakte voor het gebruik van de weg die over zijn perceel loopt. De gedaagde partij betwist dit en stelt dat de container hinder veroorzaakte voor vrachtwagens die de aanliggende percelen moesten bevoorraden. De voorzieningenrechter oordeelt dat de gedaagde partij onrechtmatig heeft gehandeld door de container te verwijderen, omdat er een erfdienstbaarheid van overpad rust op de percelen van de eisende partij. De vorderingen van de eisende partij worden grotendeels toegewezen, met de verplichting voor de gedaagde partij om de container binnen zeven dagen terug te plaatsen en zich te onthouden van het verplaatsen van eigendommen van de eisende partij. Tevens wordt de gedaagde partij veroordeeld in de proceskosten.