ECLI:NL:RBROT:2025:1309

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
30 januari 2025
Publicatiedatum
3 februari 2025
Zaaknummer
10-169217-22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor de invoer van in melasse verwerkte cocaïne

In de zaak tegen de verdachte, geboren in 1961 en ingeschreven op een adres in Rotterdam, heeft de rechtbank Rotterdam op 30 januari 2025 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van betrokkenheid bij de invoer van in melasse verwerkte cocaïne. De officier van justitie eiste bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde en een gevangenisstraf van 54 maanden. Tijdens de zittingen op 11 en 12 december 2024 en 30 januari 2025 werd het bewijs tegen de verdachte besproken. De rechtbank concludeerde dat de verdachte weliswaar betrokken was bij het lossen van een container met melasse, maar dat er onvoldoende bewijs was voor opzet op het handelen in strijd met de Opiumwet. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet kon worden aangemerkt als onmisbare uitvoerder en dat er geen direct bewijs was dat hij op de hoogte was van de aanwezigheid van verdovende middelen. De rechtbank sprak de verdachte vrij van alle ten laste gelegde feiten, omdat het bewijs niet wettig en overtuigend was. De uitspraak benadrukt de noodzaak van voldoende bewijs voor veroordeling in strafzaken.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10-169217-22
Datum uitspraak: 30 januari 2025
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1961,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres 1]
,
raadsman mr. R. Haze, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzittingen van 11 en 12 december 2024 en van 30 januari 2025.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de terechtzitting van 29 maart 2023 overeenkomstig de vordering van de officier van justitie is gewijzigd. De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. Kort gezegd wordt de verdachte verweten dat hij betrokken is geweest bij de invoer van in melasse verwerkte verdovende middelen, dan wel bij het voorbereiden en/of bevorderen daarvan.

3.Eis officier van justitie

De officieren van justitie mrs. M.L.M. Kuijper en N. Coenen (hierna: de officier van justitie) heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 54 maanden met aftrek van voorarrest.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Vrijspraak
4.1.1.
Standpunt officier van justitie
Het primair tenlastegelegde kan wettig en overtuigend worden bewezen.
De verdachte kan worden aangemerkt als onmisbare uitvoerder. Hij vormde de logistieke schakel naar zowel [medeverdachte 1] als [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] als de personen die de container moesten uitladen. De verdachte arriveerde op 26 april 2022 samen met [medeverdachte 4], [medeverdachte 5] en [medeverdachte 6] bij de loods in Werkendam. Hij opende de loods en de container met de sleutel die hij van [medeverdachte 2] had ontvangen. Bij het lossen gaf [medeverdachte 4] aanwijzingen en de verdachte bestuurde de vorkheftruck die de pallets met zakken melasse voorzien van een paars koordje in de loods plaatste en die voorzien van een wit koordje met melasse met cocaïne buiten voor de loods. Vervolgens haalde de verdachte samen met [medeverdachte 4] de chauffeur op die de zakken verder zou vervoeren. De verdachte en de medeverdachte [medeverdachte 1] hadden een klant voor de melasse. De verdachte heeft de week voorafgaand aan de levering een bedrag van 5.000 euro overhandigd aan de vriend van de medeverdachte [medeverdachte 3].
Alleen al gelet op zijn hele handelen bij het lossen van de container kan de conclusie geen andere zijn dan dat de verdachte als geen ander wetenschap had van de aanwezigheid van de verdovende middelen in de container.
4.1.2.
Standpunt verdediging
De verdachte dient van zowel het primair als het subsidiair tenlastegelegde te worden vrijgesproken. Alle handelingen die door de verdachte zijn verricht zijn volledig op verzoek van de medeverdachte [medeverdachte 1] geschied. De verdachte is die dag alleen te hulp geschoten omdat hij met een vorkheftruck overweg kon. Van enig opzet op het handelen in strijd met de Opiumwet is geen sprake.
4.1.3.
Beoordeling
Niet ter discussie staat dat de verdachte betrokken is geweest bij het verdere vervoer van de uit Colombia afkomstige zakken melasse waarin cocaïne en ecgonine is aangetroffen. De verdachte was op 26 april 2022 samen met drie personen aanwezig bij de loods in Werkendam bij het lossen van de zakken uit de container. Hij bestuurde de vorkheftruck en is daarna samen met medeverdachte [medeverdachte 4] de chauffeur (de medeverdachte [medeverdachte 7]) gaan halen die was ingehuurd om met een busje de zakken naar Utrecht te vervoeren. Een week eerder heeft de verdachte in het Van der Valk hotel in Dordrecht een envelop met 5.000 euro afgegeven aan de vriend van medeverdachte [medeverdachte 3].
Direct bewijs dat de verdachte wist van de in de melasse verwerkte verdovende middelen bevat het dossier echter niet. De rechtbank is – anders dan de officier van justitie – van oordeel dat die wetenschap ook niet kan worden afgeleid uit de door de verdachte verrichte handelingen of andere feiten en omstandigheden. In het onderzoek zijn meerdere telefoons in beslag genomen en onderzocht. Hieruit is niet gebleken dat de verdachte heeft deelgenomen aan belastende chats met de medeverdachten [medeverdachte 4] en Vaneker over de lading met melasse. Verder kunnen de telefoongesprekken, waarin de medeverdachte [medeverdachte 3] naar de verdachte belt, niet als belastend, in de zin dat de verdachte zou weten van de aanwezigheid van verdovende middelen, worden uitgelegd. Niet is gebleken dat de verdachte bij het leeghalen van de container in Werkendam betrokken was bij het selecteren van de zakken die apart gezet moesten worden. Aan de buitenkant van de zakken was niet te zien dat het om in melasse opgeloste cocaïne en ecgonine ging. Voor zover de medeverdachte [medeverdachte 1] in algemene zin heeft verklaard dat de verdachte de aanjager van alles is, vindt deze verklaring geen steun in het dossier. Tot slot vindt de rechtbank de contante betaling van 5.000 euro weliswaar opmerkelijk, maar niet gezegd kan worden dat dit in de transportbranche zo ongebruikelijk is dat dit bij de verdachte tot vermoedens van illegale handel had moeten leiden.
De redenering van de officier van justitie dat het niet anders kan dan dat de verdachte wetenschap had van de aanwezigheid van de verdovende middelen deelt de rechtbank dan ook niet.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het bewijs voor opzet op het medeplegen van invoer van cocaïne en ecgonine dan wel voorbereidingshandelingen daartoe, ontbreekt.
4.1.4.
Conclusie
Het ten laste gelegde is niet wettig en overtuigend bewezen. De verdachte wordt daarvan vrijgesproken.

5.Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

6.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder primair en subsidiair ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door
mr. A.M.G. van de Kragt, voorzitter,
en mrs. I. Bouter en J. de Lange, rechters,
in tegenwoordigheid van M.J. Grootendorst, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De oudste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage
Tekst gewijzigde tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij in of omstreeks de periode van 25 maart 2022 tot en met 26 april 2022 te Rotterdam
en/of Papendrecht en/of Werkendam en/of Utrecht, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht, als bedoeld in artikel 1 lid 4 van de Opiumwet, een (grote) hoeveelheid (2371 kilo) (in melasse verwerkte en/of opgeloste) cocaïne en/of ecgonine, in elk geval een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of ecgonine, zijnde cocaïne en/of ecgonine, (een) middel(len) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
subsidiair, althans indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in de periode van 25 maart 2022 tot en met 26 april 2022 te Rotterdam en/of Papendrecht en/of Werkendam en/of Utrecht, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen het grondgebied van Nederland brengen van een (grote) hoeveelheid (2371 kilo) (in melasse verwerkte en/of opgeloste) cocaïne en/of ecgonine in elk geval een (grote) hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of ecgonine, zijnde cocaïne en/of ecgonine, (een) middel(len) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen,
• een of meer ander(en) heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen en/of om daarbij behulpzaam te zijn en/of
• zich en/of (een) ander(en) gelegenheid'en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen, en/of
• voorwerpen en/of vervoermiddelen en/of stoffen en/of gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij wist of ernstige reden had te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van het hierboven bedoelde feit hebben de verdachte en/of (een of meer van) verdachtes mededader(s),
- met één of meer mededader(s) ontmoetingen gehad en/of telefonisch en/of via Signal contact onderhouden en/of informatie uitgewisseld en/of afspraken gemaakt over het invoeren en/of afleveren en/of uithalen en/of verstrekken en/of vervoeren van de cocaïne, en/of
- met één of meer mededader(s) contact onderhouden over het kopen en/of verkopen en/of bestellen van een container inhoudende melasse, en/of
- een container met melasse gekocht en/of laten kopen, en/of
- de container opgehaald en/of laten ophalen bij de terminal Mutchison Ports ECT Delta, en/of
- opdracht gegeven en/of gekregen om medeverdachte [medeverdachte 3] op te halen in Papendrecht, en/of
- de container naar een loods aan [adres 2] gebracht en/of laten brengen
- de loods aan [adres 2] gehuurd en /of laten huren, en/of
- een afspraak geregeld voor de betaling van de huur van de loods (5000 euro) in het Van der Valk Hotel, en/of
- voor de huur van de loods een aanbetaling gedaan en/of laten doen en/of ontvangen, en/of
- de loods aan [adres 2] ter beschikking gesteld voor de opslag en/of het lossen van die container, en/of
- de container geopend en/of laten openen en de inhoud gelost en/of laten lossen en/of
- opdracht gekregen en/of gegeven om een aantal pallets met bigbags inhoudende zakken melasse voor de loods te zetten, en/of
- een vrachtwagen met opdruk 'JT Pakket' geleend en/of geregeld en/of laten lenen en/of laten regelen voor het ophalen van een aantal pallets met bigbags inhoudende zakken melasse, en/of
- die vrachtwagen opgehaald en/of laten ophalen en/of begeleid en/of laten begeleiden naar de loods aan [adres 2], en/of
- pallets met bigbags inhoudende zakken melasse in die vrachtwagen geladen en/of laten laden en/of die pallets met die bigbags naar een pand aan [adres 3] gebracht of laten brengen, en/of
- die pallets met die bigbags bij het pand aan [adres 3] gelost en/of laten lossen, en/of
- telefonisch contact onderhouden met medeverdachten over de opslag en/of het vervoer en/of het ophalen en/of het lossen van de pallets met bigbags met zakken melasse, en/of
- instructies gekregen en/of gegeven over het gebruik van een jammer.