Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 6 tenlastegelegde;
- bewezenverklaring van de onder 1 t/m 5 tenlastegelegde feiten;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaren met aftrek van voorarrest;
- oplegging aan de verdachte van de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel (GVM).
4.Waardering van het bewijs
of omstreeks8 september 2024 te Rotterdam,
/ofberoofd gehouden,
zittenstappen, en
/of
(vervolgens) (met kracht)bij de haren te pakken en
/ofaan de haren te
/ofvast te houden, en
/of
(vervolgens) een vuurwapen op die [slachtoffer] te richten en/ofdie [slachtoffer]
(daarmee)
tededwingen, en
/of (daarbij
) (dreigend
)de woorden toe te voegen: "Als je niet meeloopt, maak ik je dood", althans woorden van gelijke dreigende aard en
/ofstrekking, en
/of
/of
/of
, althans eenmaaldie [slachtoffer] in het gezicht te slaan, en
/of
of omstreeks8 september 2024 te Rotterdam,
meermalen, althans eenmaal (met kracht)aan de haren van die [slachtoffer] te trekken, en
/of
, althans eenmaalin het gezicht.
althans het hoofdvan die [slachtoffer] te slaan;
of omstreeks8 september 2024 te Rotterdam,
en/of met zware mishandeling,
, en/of
of omstreeks8 september 2024 te Rotterdam,
(s
)als bedoeld in artikel 2 lid I categorie III onder l van de Wet
een (vuur
)wapen
sin de zin van artikel 1 onder 3 van die wet in de vorm van
/of
/of (daarbij
) (voor
dit/deze
(vuur
)wapen
(s
)geschikte) munitie in de zin van artikel 1 onder 4 gelet op artikel 2 lid 2 categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten
, in elk geval een of meerdere (kogel
)patro
(o)n
(en
),
5.Strafbaarheid feiten
1. opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden;
2. mishandeling;
3. bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
4. handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III, meermalen gepleegd,
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.In beslag genomen voorwerpen
9.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden;
€ 1.000,- (zegge: duizend euro)aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 8 september 2024 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij] te betalen
€ 1.000,-(hoofdsom,
zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 september 2024 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 1.000,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
20 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;