ECLI:NL:RBROT:2025:12390

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
10 september 2025
Publicatiedatum
22 oktober 2025
Zaaknummer
C/10/702309 / JE RK 25-1342
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van jeugdbescherming

Op 10 september 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige]. De zaak is behandeld in het kader van jeugdbescherming, waarbij de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (GI) het verzoek heeft ingediend om de ondertoezichtstelling te verlengen voor de duur van een jaar. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder aanwezig was tijdens de zitting, terwijl de vader niet is verschenen, ondanks dat hij correct was opgeroepen. Tijdens de zitting heeft de kinderrechter met [voornaam minderjarige] gesproken en haar mening gevraagd over de situatie.

De kinderrechter heeft in zijn beoordeling de zorgen om het welzijn en de ontwikkeling van [voornaam minderjarige] in overweging genomen. Het blijkt dat [voornaam minderjarige] nog niet opnieuw is aangemeld op school en geen dagbesteding heeft. Bovendien heeft zij in april 2025 een ernstig auto-ongeluk meegemaakt, wat haar slaap en welzijn negatief beïnvloedt. De GI heeft aangegeven dat de betrokkenheid van de instelling nog steeds noodzakelijk is, gezien de huidige situatie van [voornaam minderjarige].

De kinderrechter heeft geoordeeld dat aan de voorwaarden voor verlenging van de ondertoezichtstelling is voldaan en heeft de ondertoezichtstelling verlengd tot 28 september 2026. Tevens is de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing direct geldt, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De beschikking is openbaar uitgesproken op 10 september 2025 door mr. M.C. Woudstra, kinderrechter, en op schrift gesteld op 16 september 2025. Tegen deze eindbeslissing is hoger beroep mogelijk bij het gerechtshof Den Haag, waarbij belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak of betekening van de beschikking in beroep kunnen gaan.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummer: C/10/702309 / JE RK 25-1342
Datum uitspraak: 10 september 2025
Beschikking van de kinderrechter over een verlenging ondertoezichtstelling
in de zaak van
de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond,
hierna te noemen: de GI, gevestigd te Rotterdam,
over
[minderjarige],
geboren op [geboortedatum] 2008 in [geboorteplaats] , hierna te noemen: [voornaam minderjarige] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[naam moeder],
hierna te noemen: de moeder, wonende in [woonplaats] ,
[naam vader],
hierna te noemen: de vader, wonende in [woonplaats] .

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De kinderrechter neemt de volgende stukken mee in de beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen van de GI van 30 juni 2025, ontvangen op diezelfde datum.
1.2.
De zitting met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 10 september 2025. Daarbij waren aanwezig:
- de moeder;
- een tweetal vertegenwoordigers van de GI, [persoon A] en [persoon B] .
1.3.
De vader is niet verschenen. De kinderrechter stelt vast dat de vader wel juist is opgeroepen.
1.4.
De kinderrechter heeft [voornaam minderjarige] naar haar mening gevraagd. [voornaam minderjarige] heeft hierover een gesprek gevoerd met de kinderrechter. Tijdens de zitting heeft de kinderrechter samengevat wat [voornaam minderjarige] heeft verteld. De aanwezigen hebben daarop kunnen reageren.

2.De feiten

2.1.
De vader en de moeder zijn belast met het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] .
2.2.
[voornaam minderjarige] woont bij haar moeder.
2.3.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 25 februari 2025 de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] verlengd tot 28 september 2025.

3.Het verzoek

3.1.
De GI verzoekt de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] te verlengen voor de duur van een jaar en de beslissing uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.

4.De standpunten

4.1.
De GI handhaaft het verzoek tijdens de mondelinge behandeling en licht het als volgt toe. Ten tijde van de vorige zitting was de GI voornemens om toe te werken naar de inzet van hulpverlening binnen het vrijwillig kader. De afgelopen periode is echter gebleken dat de betrokkenheid van de GI voor [voornaam minderjarige] nog steeds nodig is. Zo moet [voornaam minderjarige] worden ondersteund bij de (her)aanmelding bij het Albeda College. Daarbij is [voornaam minderjarige] in april 2025 door joyrijden betrokken geraakt bij een heftig auto-ongeluk, wat zij nog niet heeft verwerkt en waardoor zij slecht slaapt. De inzet van hulpverlening heeft tot op heden niet geleid tot verbetering, omdat [voornaam minderjarige] zich hier onvoldoende voor open stelt. Het is van belang dat voor [voornaam minderjarige] alsnog passende hulpverlening wordt ingezet. [voornaam minderjarige] is daarom aangemeld bij Forta voor een psychologisch onderzoek en aansluitend voor de inzet van (trauma)behandeling. Ook zal een jongerencoach bij [voornaam minderjarige] betrokken raken.
4.2.
De moeder stemt tijdens de mondelinge behandeling in met het verzoek van de GI.

5.De beoordeling

5.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat de zorgen om het welzijn en de ontwikkeling van [voornaam minderjarige] nog onverminderd aanwezig zijn. Zo is zij nog niet opnieuw aangemeld op een school en heeft zij geen dagbesteding. Daarbij heeft [voornaam minderjarige] in april 2025 een heftig ongeluk meegemaakt. Dit heeft zij nog niet verwerkt, waardoor zij slecht slaapt. De inzet van hulpverlening, waaronder de hulpverlening vanuit Urban Skillsz, heeft tot op heden niet tot verbetering geleid. [voornaam minderjarige] is daarom aangemeld voor een psychologisch onderzoek en aansluitend voor (trauma)behandeling bij Forta. De betrokkenheid van de GI is de aankomende periode nog nodig, zodat erop kan worden toegezien dat [voornaam minderjarige] weer naar school gaat en zodat passende hulpverlening daadwerkelijk kan worden ingezet.
5.2.
Gelet op het voorgaande is de kinderrechter van oordeel dat aan de voorwaarden voor een verlenging van de ondertoezichtstelling is voldaan. [1] De kinderrechter zal de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] daarom verlengen voor de duur van een jaar.
5.3.
De kinderrechter verklaart de beslissing uitvoerbaar bij voorraad, zoals is verzocht. Dat wil zeggen dat de beslissing direct geldt, ook als iemand in hoger beroep gaat.

6.De beslissing

De kinderrechter:
6.1.
verlengt de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] tot 28 september 2026;
6.2.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beslissing is gegeven en in het openbaar uitgesproken op 10 september 2025 door
mr. M.C. Woudstra, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. L.L.N. Snijder als griffier, en op schrift gesteld op 16 september 2025.
Tegen eindbeslissingen in deze beschikking is hoger beroep mogelijk bij het gerechtshof Den Haag. Hiervoor is een advocaat nodig. Wie kunnen hoger beroep instellen:
  • degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
  • andere belanghebbenden, binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of binnen drie maanden nadat zij op andere wijze daarvan kennis hebben genomen.

Voetnoten

1.Artikel 1:260 BW.