In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 21 augustus 2025, wordt een ondertoezichtstelling uitgesproken voor een minderjarige, geboren in 2010, die momenteel in het buitenland verblijft. De zaak is aangespannen door de Raad voor de Kinderbescherming regio Rotterdam-Dordrecht, die zich zorgen maakt over de ontwikkeling en veiligheid van het kind. De moeder van de minderjarige heeft haar dochter meegenomen naar het buitenland, maar is zonder haar teruggekeerd naar Nederland. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige ernstig in haar ontwikkeling wordt bedreigd, gezien het feit dat zij al anderhalf jaar niet naar school gaat en zich terugtrekt in haar kamer. De moeder heeft onvoldoende kunnen motiveren voor hulpverlening en er zijn twijfels over de aard van de aangeboden hulp. De kinderrechter oordeelt dat de situatie van de minderjarige, die tegen haar wil in het buitenland verblijft, een ondertoezichtstelling rechtvaardigt. De kinderrechter heeft de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing direct geldt, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De ondertoezichtstelling is vastgesteld voor de duur van een jaar, met de hoop dat er contact komt met de minderjarige en passende hulpverlening wordt ingezet.