Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 2 april 2025, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- de repliek;
- de dupliek
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 22 augustus 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] B.V. en [gedaagde] B.V. over een vordering tot betaling van een factuur. Eiseres heeft werkzaamheden verricht voor gedaagde op basis van een overeenkomst van opdracht en vordert betaling van € 1.885,98 voor de tweede factuur, die betrekking heeft op de resterende 40% van de kosten voor de uitgevoerde werkzaamheden. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat zij al heeft betaald voor de werkzaamheden die op de eerste factuur zijn vermeld. De kantonrechter heeft de eis van eiseres toegewezen, omdat zij heeft vastgesteld dat eiseres geen dubbele kosten in rekening heeft gebracht. De kantonrechter oordeelt dat de eerste factuur een aanbetaling van 60% van de totale kosten betreft, terwijl de tweede factuur de resterende 40% dekt. Daarnaast zijn er kosten voor 'CE Markering & Product testen' en 'KM-kosten' in rekening gebracht, die ook niet dubbel zijn gefactureerd. Eiseres heeft recht op vergoeding van incassokosten en rente, die eveneens zijn toegewezen. De proceskosten komen voor rekening van gedaagde, die ongelijk heeft gekregen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.