ECLI:NL:RBROT:2025:10939

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 augustus 2025
Publicatiedatum
15 september 2025
Zaaknummer
11634846 CV EXPL 25-8894
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van tandartsfactuur met rente en incassokosten

In deze zaak heeft Infomedics B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde voor het betalen van een tandartsfactuur van € 18,12. De gedaagde heeft op 29 oktober 2024 een consult gehad bij een zorgverlener, waarbij een röntgenfoto is gemaakt. Infomedics stelt dat de kosten van de behandeling € 46,46 bedroegen, waarvan de zorgverzekeraar € 28,34 heeft vergoed. De gedaagde heeft de vordering niet betwist, maar heeft wel aangegeven dat er fouten zijn gemaakt door de zorgverlener, wat volgens de kantonrechter niet relevant is voor de betaling van de factuur. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde de factuur moet betalen, inclusief rente en incassokosten. De gedaagde moet in totaal € 58,44 betalen, bestaande uit de hoofdsom, rente en incassokosten. Daarnaast is de gedaagde ook veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn begroot op € 355,78. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Infomedics het vonnis direct kan uitvoeren, ook als de gedaagde in hoger beroep gaat.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11634846 CV EXPL 25-8894
datum uitspraak: 29 augustus 2025
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Infomedics B.V.,
vestigingsplaats: Almere,
eiseres,
gemachtigde: YARDS Deurwaardersdiensten bv,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: [plaats] ,
gedaagde,
die zelf procedeert.
De partijen worden hierna ‘Infomedics’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van Infomedics, met bijlagen;
  • de aantekeningen van de griffier van de mondelinge reactie van [gedaagde] ;
  • de repliek, met bijlagen.
1.2.
De repliek is door de rechtbank via de post naar [gedaagde] gestuurd. Zij heeft de kans gekregen om daarop te reageren. Dat heeft zij niet gedaan.

2.De beoordeling

[gedaagde] moet de factuur van € 18,12 betalen
2.1.
Volgens Infomedics heeft [gedaagde] op 29 oktober 2024 een consult gehad bij [zorgverlener] en is er daarbij een röntgenfoto gemaakt. De röntgenfoto zit ook bij de repliek. [gedaagde] heeft niet gezegd dat dit niet klopt. De kantonrechter gaat er daarom ook vanuit dat dit zo is.
2.2.
Infomedics stelt dat deze behandeling € 46,46 kostte en dat de zorgverzekeraar van [gedaagde] € 28,34 heeft betaald. Er staat dus volgens haar nog € 18,12 open. Infomedics eist dat [gedaagde] dit openstaande bedrag aan haar betaald, omdat zij dit met [zorgverlener] heeft afgesproken. [gedaagde] heeft dit allemaal niet ontkend. Daarom staat dit vast. [gedaagde] moet daarom in principe € 18,12 aan Infomedics betalen.
2.3.
[gedaagde] heeft bij haar mondelinge reactie nog wel aangegeven dat [zorgverlener] fouten heeft gemaakt, waardoor zij twee keer een kaakchirurgoperatie moest ondergaan. Dit maakt de uitkomst niet anders. [gedaagde] heeft namelijk niet gezegd dat het bedrag dat Infomedics nu eist daarmee te maken heeft.
2.4.
[gedaagde] heeft ook nog gezegd dat zij een keer € 40,- aan de balie heeft betaald. Ze heeft alleen niet gezegd dat dit voor deze factuur was en ze heeft ook geen betalingsbewijs laten zien. Hiermee houdt de rechter dus ook geen rekening.
2.5.
[gedaagde] moet dus nog € 18,12 aan Infomedics betalen. Omdat zij dat tot nu toe niet heeft gedaan komen er veel extra kosten bij.
[gedaagde] moet rente betalen
2.6.
Infomedics heeft in de dagvaarding geschreven dat de factuur binnen 30 dagen na de factuurdatum betaald moest worden. [gedaagde] heeft niet gezegd dat dit onjuist is. Ze had dus uiterlijk op 4 december 2024 moeten betalen. Omdat ze dat niet heeft gedaan moet zij rente betalen (artikel 6:83 onder a BW en 6:119 BW).
2.7.
Volgens Infomedics is de rente tot 18 maart 2025 € 0,32. Dat bedrag zit in het bedrag dat wordt toegewezen.
[gedaagde] moet incassokosten van € 40,- betalen
2.8.
Infomedics heeft in de dagvaarding geschreven dat zij op 6 december 2024 een aanmaning heeft gemaild naar [gedaagde] , op het adres [email] . [gedaagde] heeft aangegeven dat zij die mail niet heeft gehad. Vervolgens heeft Infomedics in de repliek geschreven dat [gedaagde] de mail wel heeft gehad, omdat Infomedics dezelfde dag nog een leesbevestiging heeft gekregen. [gedaagde] heeft daar niet meer op gereageerd. De rechter gaat er daarom vanuit dat [gedaagde] de aanmaning wel heeft gehad.
2.9.
[gedaagde] heeft daarom recht op een vergoeding voor incassowerkzaamheden (artikel 6:96 BW). Het bedrag dat zij eist is berekend volgens de wet en wordt daarom toegewezen (Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke kosten).
[gedaagde] moet totaal dus € 58,44 betalen
2.10.
[gedaagde] moet totaal dus € 58,44 betalen aan Infomedics. Dat is € 18,12 voor de factuur, € 0,32 aan rente (tot 18 maart 2025) en € 40,- voor de incassokosten.
[gedaagde] moet de proceskosten betalen
2.11.
De kosten van deze rechtszaak komen ook voor rekening van [gedaagde] , omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die [gedaagde] aan Infomedics moet betalen op € 120,78 aan dagvaardingskosten, € 135,- aan griffierecht,
€ 80,- aan salaris voor de gemachtigde (2 punten x € 40,-) en € 20,- aan nakosten. Dat is in totaal € 355,78. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend. De wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen.
Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad
2.12.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, omdat Infomedics dat eist en [gedaagde] daar geen bezwaar tegen heeft gemaakt (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt [gedaagde] om aan Infomedics te betalen € 58,44 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over € 18,12 vanaf 18 maart 2025 tot de dag dat volledig is betaald;
3.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, die aan de kant van Infomedics worden begroot op € 355,78 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de vijftiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag dat volledig is betaald;
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.C. van der Kolk en in het openbaar uitgesproken.
33394