In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 10 januari 2025, wordt de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2009, verlengd voor de duur van zes maanden. De zaak betreft de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West, die het verzoek indiende om de ondertoezichtstelling te verlengen. De kinderrechter heeft de ouders, de moeder en de vader, als belanghebbenden aangemerkt. Tijdens de zitting op 10 januari 2025 waren beide ouders aanwezig, evenals een vertegenwoordiger van de GI. De kinderrechter heeft ook de mening van de minderjarige gehoord.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige momenteel verblijft met een zorgmachtiging bij een instelling, waar hij positieve stappen heeft gezet in zijn ontwikkeling. Er zijn echter nog steeds ernstige zorgen over zijn ontwikkeling, gezien zijn complexe zorgvraag en eerdere problematiek, waaronder medicatiegebruik en gedragsproblemen. De kinderrechter heeft benadrukt dat de betrokkenheid van de GI noodzakelijk blijft, vooral met het oog op het vinden van een passende vervolgplek en vervolgtraject voor de minderjarige na afloop van de zorgmachtiging.
De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling verlengd tot 19 juli 2025 en verklaart de beschikking uitvoerbaar bij voorraad. Dit betekent dat de beslissing direct van kracht is, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De ouders hebben hun instemming met het verzoek van de GI kenbaar gemaakt, en de kinderrechter heeft de ouders en de GI aangespoord om samen te werken aan een passende oplossing voor de minderjarige.