Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
primairStedin te veroordelen om de overeenkomst alsnog deugdelijk na te komen door de kabel neer te leggen op de overeengekomen locatie zoals met een blauwe markering aangegeven op situatietekeningen en foto's zoals overgelegd als productie 7A en 7B, op straffe van een dwangsom,
4.De beoordeling
De standpunten van partijen
mogelijkprofijtelijker kan worden verkocht ten behoeve van woningbouw. Dat de [gemeente] in 2024 aan [eiser] heeft verklaard in beginsel en op voorwaarden positief te staan tegenover woningbouw maakt dat niet anders. Voor oplegging van een dwangsom is dus ook geen plaats.
- dat voor waardevermindering moet worden uitgegaan van de bestemming van eertijds, niet een toekomstige bestemming;
- dat de taxateur ten onrechte ook de vierkante meters van de dreef meerekent, terwijl daarop geen woningbouw mogelijk zal zijn;
- dat de taxateur ten onrechte meters meerekent die tot de overeengekomen belemmeringenstrook behoren waartoe aan [eiser] een contractuele vergoeding is betaald;
- dat volgens de uitgangspunten van [eiser] slechts een ‘extra’ strook van 2,5 x 60 meter kan zijn geraakt door de (vermeend) onjuiste ligging van de kabel zodat bij de huidige bestemming hoogstens schade tot € 2.250,- kan zijn geleden.