Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Waar gaat de zaak over?
2.De procedure
- de dagvaarding van 25 september 2024, met bijlagen 1 tot en met 3;
- de brief van 30 september 2024 van de vrouw, met bijlagen 4 en 5;
- de mondelinge behandeling op 3 oktober 2024.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam op 10 oktober 2024, vordert de vrouw, die de woning huurt, dat de man, met wie zij een relatie heeft gehad, de woning verlaat. Het huurcontract staat alleen op naam van de vrouw, wat haar het recht geeft om in de woning te wonen. De man heeft geen huurrecht en heeft meerdere verzoeken om de woning te verlaten genegeerd. De vrouw woont momenteel met haar drie kinderen bij haar ouders, wat een onhoudbare situatie is. De voorzieningenrechter oordeelt dat de vrouw een spoedeisend belang heeft bij een voorlopige voorziening en stelt de ontruimingstermijn vast op één week na de uitspraak. De man heeft erkend dat hij geen recht heeft om in de woning te blijven, en de voorzieningenrechter concludeert dat het aannemelijk is dat de man ook in een bodemprocedure tot ontruiming zal worden veroordeeld. Er wordt geen dwangsom opgelegd en de vrouw kan de politie inschakelen indien nodig. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat beide partijen hun eigen kosten betalen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, zodat de man snel moet vertrekken.