Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde misdrijf veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden geheel voorwaardelijk met aftrek van voorarrest, met een proeftijd van 2 jaar en de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd, alsmede een taakstraf voor de duur van 150 uren subsidiair 75 dagen vervangende hechtenis;
- ten aanzien van de onder 2 ten laste gelegde overtreding veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 30 uren subsidiair 15 dagen vervangende hechtenis.
4.Waardering van het bewijs
Feit 1
5.Strafbaarheid feiten
1.Eendaadse samenloop vanmedeplegen van nadat enig misdrijf is gepleegd, met het oogmerk om het te bedekken, de nasporing of vervolging te beletten of te bemoeilijken voorwerpen waarop of waarmede het misdrijf is gepleegd, wegmaken, verbergen of aan het onderzoek van de ambtenaren van de justitie of politie onttrekken
medeplegen van als getuige van het ogenblikkelijke levensgevaar waarin een ander verkeert, nalaten deze die hulp te verlenen of te verschaffen die hij hem, zonder gevaar voor zichzelf of anderen redelijkerwijs te kunnen duchten, verlenen of verschaffen kan, terwijl de dood van de hulpbehoevende volgt.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
taakstraf voor de duur van 120 (honderdtwintig) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
46 (zesenveertig) urente verrichten taakstraf resteert;
23 (drieëntwintig) dagen.